27824 |
zijwand |
zijplanken:
zęi̯plaŋkǝ (Q102p Amby)
|
Elk van de zijkanten van een kar, wagen of kruiwagenbak. Herhaaldelijk worden in het materiaal speciaal de zijkanten van een hoogkar vermeld, die afgenomen kunnen worden. De zijwanden van de slagkar, die samen met de voorwand een vast geheel vormen, krijgen vaak geen aparte naam. De zijplanken zijn horizontale planken die tegen verticale rongen staan en waarop verhoogsels gezet kunnen worden. De woordtypes kist, mouw, komp en korf, die thans "elk van de twee zijwanden" betekenen, zijn oorspronkelijk termen voor de kar- of wagenbak als geheel. De benamingen voor dit geheel worden behandeld in het lemma bak. De meer specifieke benamingen voor de zijwanden van de kruiwagen worden onder het betreffende lemma behandeld. [N 17, 30a + 40 + 46a + add; N G, 53c + 60 a-b; JG 1a; JG 1b; JG 1c; JG 1d; JG 2a; JG 2b; JG 2c; A 26, 2b; Lu 4, 2b; monogr.]
I-13
|
33602 |
zilveruitje |
sint-jansun:
st Jans un (Q102p Amby),
sint-jansuntje:
st. Jansönneke (Q102p Amby),
witte un:
witte un (Q102p Amby)
|
[DC 13 (1945)]
I-7
|
18816 |
zin (lust) |
zin:
zēēn (Q102p Amby)
|
het verlangen om iets te doen [lust, aard, troef, nijd, zin, goesting] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
20166 |
zindelijk |
zuiver:
zūūver (Q102p Amby)
|
zindelijk; de aandrang der natuurlijke behoeften beheersend, zindelijk gezegd van kinderen [N 86 (1981)]
III-2-2
|
17827 |
zitten |
zitten:
zitte (Q102p Amby)
|
zitten [SGV (1914)]
III-1-2
|
17828 |
zoeken |
zoeken:
zeuke (Q102p Amby),
zeuken (Q102p Amby)
|
wij zoeken [ZND 08 (1925)] || zoeken [SGV (1914)]
III-1-2
|
20828 |
zoethout |
zoethout:
zeuthout (Q102p Amby)
|
zoethout [SGV (1914)]
III-2-3
|
20283 |
zogen, voeden (overg.) |
de borst geven:
de borsch geve (Q102p Amby)
|
borstvoeding geven: Een kind aan de borst voeden (minnen, de mem geven, houden). [N 84 (1981)]
III-2-2
|
19719 |
zolder |
zolder:
zøldər (Q102p Amby)
|
zolder [SGV (1914)]
III-2-1
|
26149 |
zomen |
zomen:
zø̜jmǝ (Q102p Amby),
zø̜jmǝn (Q102p Amby)
|
Van zomen voorzien. Zie ook het lemma ɛzoomɛ.' [N 59, 65; N 62, 14b; L 8, 127; MW; S 46; monogr.]
II-7
|