25595 |
netvloeistof |
pap:
pap (Q038p Amstenrade)
|
Vloeistof die dient voor het bevochtigen van de bovenzijde van het deegbrood. In dit lemma zijn alleen de benamingen opgenomen die een vloeistof of vloeibare substantie aanduiden. Naast een vloeibaar middel gebruikt men ook wel eens een vast product blijkens de opgaven suiker (Q 121), ei (L 269, Q 117a), aardappelenmeel (K 278, L 383, Q 97), bloem (Q 95). Deze laatste benamingen zijn niet verder in dit lemma opgenomen. Daarnaast zijn er allerlei combinaties van een vloeistof met een andere vloeistof of een vast product mogelijk zoals: water waarin wat suiker of ge-klopt eiwit (L 427), meel en water (L 291, Q 35), aardappelmeel met water (L 292, 321, 330, Q 121e), koffie en melk (Q 12), geklopt ei met melk (L 432), witte bloem met water (L 377), eiwit en water (Q 18), zemelen en water (L 270). Deze combinaties zijn ook niet fonetisch gedocumenteerd. Uiteindelijk valt het lemma uiteen in twee groepen. De ene groep bevat algemene benamingen voor "netvloeistof", de tweede groep geeft de benamingen van een bepaald soort vloeistof of vloeibare substantie die als "netvloeistof" gebruikt wordt. [N 29, 40c; N 29, 40d; monogr.]
II-1
|
17608 |
neus |
neus:
naas (Q038p Amstenrade)
|
neus [DC 01 (1931)]
III-1-1
|
18343 |
neus van een schoen |
punt:
punt van de sjoon (Q038p Amstenrade)
|
neus van een schoen [snoet, tip, veusjte, teut] [N 24 (1964)]
III-1-3
|
20482 |
nicht |
nicht:
next (Q038p Amstenrade)
|
nicht; Bestaan er verschillende woorden voor de verschillende soorten van nichten (kinderen van ooms en tantes, kinderen van broers en zusters, achternichten?) [DC 05 (1937)]
III-2-2
|
24716 |
niet gedijen |
niet gaan:
WBD\\WLD
neet gaon (Q038p Amstenrade)
|
Niet goed groeien, gezegd van planten (niet tieren, niet aarden). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
18220 |
niet passen |
niet passen:
neet pàssə (Q038p Amstenrade)
|
niet passen, gezegd van kledingstukken [pronsen, bolderen] [N 86 (1981)]
III-1-3
|
20167 |
niet zindelijk |
niet proper:
neet praopər (Q038p Amstenrade)
|
onzindelijk; de aandrang der natuurlijke behoeften niet beheersend; onzindelijk, gezegd van kinderen [N 86 (1981)]
III-2-2
|
19052 |
nieuws |
nieuws:
nûûts (Q038p Amstenrade)
|
een bericht over iets dat nog onbekend was [nets, nieuws] [N 85 (1981)]
III-3-1
|
19010 |
nieuwsgierig |
nieuwsgierig:
nuscherig (Q038p Amstenrade)
|
nieuwsgierig, benieuwd: die vrouw is erg - [DC 16 (1948)]
III-1-4
|
19177 |
nieuwsgierigaard |
gaper:
gáápər (Q038p Amstenrade)
|
iemand die alles nieuwsgierig bekijkt [gaper] [N 85 (1981)]
III-1-4
|