e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Aubel

Overzicht

Gevonden: 406
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
nat dik: dek (Aubel) Het bezinksel dat na het zeven in de zeef overblijft. [N 57, 23b] II-2
nauwgezet; nauwgezet persoon juste: correct  zjŭŭs (Aubel) Hij is op zijn punt - sekuur (a.gezegd v.e. persoon; b.v.e. werk) [RND] III-1-4
nest nest: neest (Aubel) nest [Willems (1885)] III-4-1
olifant olifant: Karte 109.  olifant (Aubel) Elefant. III-3-2
onkruid, algemeen onkruids: onkrūts (Aubel) De verzamelnaam van in het wild groeiende planten, tussen de cultuurgewassen; ze belemmeren de cultuurgewassen in hun groei en de boer zal ze dan ook bestrijden. Naar aanleiding van de opgave nuttigheid in L 387 merkt de zegsman op: "Nut is hier ɛvuil, viesɛ"; waarschijnlijker dan deze volksetymologie is echter dat het voorvoegsel on- hier is uitgevallen. Puinen, puimen is eigenlijk de soortnaam van een afzonderlijke plant (zie het lemma Kweek) maar hier uitdrukkelijk opgegeven als de algemene benaming voor alle soorten onkruid. Hetzelfde geldt voor de opgaven reutsel (zie het lemma Perzikkruid). De varianten op -ds zoals vuiligheids vertonen pseudo-klankverschuiving. [N 11, 70a en 80a; N 11A, 172d; N 14, 123 en 124; N 17, 11; N P, 15b en 16b; JG 1a, 1b; A 17, 11; A 26, 9; A 28, 10; A 30, 2; A 39, 1b; A 43, 13; L 2, 18; S 26; Wi 6; monogr.] I-5
oog oog: uwə (Aubel) ogen [RND] III-1-1
oor oor: u.ərə (Aubel) oren [RND] III-1-1
opmaken opmaken: xɛ:lt optə ma:kə (Aubel) geld opdoen (opmaken) [RND] III-3-1
optillen opheven: ophɛɛvə (Aubel) optillen [RND] III-1-2
orgel orgel: eurgel (Aubel) Orgel. [Willems (1885)] III-3-2