e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Baarlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
naar de kerk naar de kerk: noa de kerk (Baarlo) naar [~ de kerk] [SGV (1914)] III-3-3
naar de mis gaan mis bijwonen: mes beejwoene (Baarlo), mis horen: mes huuere (Baarlo), mis huuere (Baarlo) De mis bijwonen, de mis horen [mès huëre, mès bèèje?]. [N 96B (1989)] III-3-3
naar huis gaan naar huis gaan: nao hoes gaon (Baarlo) naar huis gaan [DC 03 (1934)] III-1-2
naar links haar: hār (Baarlo), haar-u: hār y (Baarlo) Voermansroep om het paard naar links te doen gaan. [JG 1b; N 8, 95 c, 95d en 96; L 1 a-m; L B 2, 255; L 26, 2; L 36, 81c; S 12; monogr.] I-10
naar rechts hot: hǫt (Baarlo), hot-op: hǫt ǫp (Baarlo) Voermansroep om het paard naar rechts te doen gaan. [JG 1b; N 8, 95a en 96; L 1 a-m; L B 2, 256; L 26, 2; L 36, 81d; S 12; monogr.] I-10
naaste evenmens: èevemins (Baarlo), èvemins (Baarlo) Je/uw naaste, evennaaste, evenmens [naoste, nôste, èèvemins]. [N 96D (1989)] III-3-3
nabidden nabeden: naobaeje (Baarlo, ... ) Nabidden, d.w.z. antwoorden bij het bidden, de tweede helft van een gebed bidden. [N 96B (1989)] III-3-3
nachtegaal nachtegaal: nachtegaal (Baarlo) nachtegaal [SGV (1914)] III-4-1
nachthemd nachthemd: nachhémp (Baarlo) nachthemd [N 25 (1964)] III-1-3
nachtjapon nachtpon: nachpón (Baarlo) nachtjapon [nachtpon, bedjak, nachtjak, jak] [N 25 (1964)] III-1-3