33113 |
vlegelstok |
geerd:
gɛ̄rt (L295p Baarlo),
steel:
štēl (L295p Baarlo)
|
De steel van de vlegel die de dorser in de hand houdt. De lengte van de steel "behoort van de kin van dorser tot de grond te reiken" (Goossens, Lic. Verh.), of, naar de zegsman van L 325: "is tweeēneenhalf maal de kop in lengte". Het regelmatig voorvoegsel vlegel(s)- is niet in dit lemma opgenomen. Zie afbeelding 10, a. [Goossens, Lic. Verh.]
I-4
|
19127 |
vleier |
flikflooier:
(?t z.n.w.).
flikfloejer (L295p Baarlo)
|
flikflooien [SGV (1914)]
III-3-1
|
34380 |
vleiwoord tot de zogende zeug |
kuus, kuus, kuus:
kus, kus, kus (L295p Baarlo)
|
Een vleiwoord roepen tot de zogende zeug om deze gerust te stellen. In plaats van roepen kan men strelen, met de emmer rammelen, de zeug krabben, klakkende of smakkende geluiden maken met de tong. [N 19, 11c]
I-12
|
34378 |
vleiwoord voor het varken |
kuus:
kus (L295p Baarlo)
|
[VC 14, 2c v]
I-12
|
33775 |
vlekje op de neus |
snep:
snep (L295p Baarlo)
|
Witte aftekening tussen neusvleugels en bovenlip. [N 8, 27c]
I-9
|
34348 |
vlekziekte |
brand:
braŋk (L295p Baarlo)
|
Vlekziekte wordt veroorzaakt door een bacterie. De ziekte gaat gepaard met hoge koorts; op de huid tekenen zich rode en soms donkerblauwe vierkante of ruitvormige vlekken af (WBD I.6, blz. 854). [N 19, 27a; N 19, 27b; N 52, 19; N 76, 57; A 48a, 32; monogr.]
I-12
|
33141 |
vleugels in de wanmolen |
vleugels:
vlø̄gǝls (L295p Baarlo)
|
De schuingeplaatste plankjes die op een as zijn gemonteerd die wordt aangedreven, waardoor er een windstroom ontstaat, in de wanmolen. [N 14, 45b; JG 1a, 1b, 2c; monogr.]
I-4
|
33986 |
vliegennet |
vliegengaren:
vlēgǝgārǝ (L295p Baarlo)
|
Fijnmazig net dat over een ingespannen paard wordt gehangen om het tegen vliegen te beschermen. [JG 1a, 1b, 2a, 2b; N 13, 82a]
I-10
|
19452 |
vliegenraam, hor |
hor:
hor (L295p Baarlo),
vliegenhortje:
vleegehörtje (L295p Baarlo)
|
Hoe noemt u een scherm van groene metaaldraad in open ramen om vliegen buiten te houden? (vliegenraam, hor) [N 104 (2000)]
III-2-1
|
22375 |
vlieger |
vlieger:
vleeger (L295p Baarlo)
|
vlieger (speeltuig) [SGV (1914)]
III-3-2
|