e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q019p plaats=Beek

Overzicht

Gevonden: 2562
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
hartinfarct hartaanval: hartaanval (Beek) Hartinfarct: bloeding in de hartspier met verstopping van de kransslagader (vang, kramp, infarct, hartverlamming). [N 84 (1981)] III-1-2
haten haten: hate (Beek) een sterk gevoel van afkeer tegen iemand hebben, haatgevoelens voor iemand hebben [haten, dregen] [N 85 (1981)] III-3-1
haver haver: hāvǝr (Beek) Avena sativa L. Men zaait ongeveer 200 kg haver per hectare. Zie afbeelding 1, b. [JG 1a, 1b; A 2, 31; L 35, 101; L lijst graangewassen, 3; Wi 50; monogr.; add. uit N 15, 1a] I-4
hede, vlas- of hennepafval bodde: bǫdǝ (Beek) Rap en bodde bestaat uit langere vezels en kort lint dat bij het zwingelen of hekelen achterblijft en waarvan grof linnen wordt gemaakt; scheven bestaat uit alleen de bastdeeltjes. [L 43, 3; S 13; monogr.] I-5
heer prins: prîns (Beek) heer [RND] III-3-1
heidehoning heihoning: hęjhōneŋ (Beek) Honing afkomstig van de heidebloesem. De heide was in oude tijden de belangrijkste honing- of drachtbron. Maar hoeveelheid en kwaliteit van de heide zijn in de afgelopen decennia zienderogen achteruitgegaan. Hij is goudbruin van kleur en heeft een pittig en sterk aroma. [N 63, 112b; JG 1a; Ge 37, 133; monogr.] II-6
heien heien: hɛjǝ (Beek) Palen met behulp van een heitoestel in de grond slaan. [N 31, 5a; monogr.] II-9
heilig hartbeeld heilig hartbeeld: heilighartbeeld (Beek) Een beeld van Jezus die zijn hart toont (H.Hart). [N 96A (1989)] III-3-3
heilig putje putje: t pötje (Beek) Het zinkputje onder of naast de sacristie, het heilige putje. [N 96A (1989)] III-3-3
heiligenbeeld heiligenbeeld: heiligebeelde (Beek) De beelden in de kerk, de kerkbeelden [beelde, bilde, fiegoere, sjtatoeë, hèlligebeelde, hilliejefijoere?]. [N 96A (1989)] III-3-3