e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Beesel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kerkvaandel kerkenvaan: kirkevaan (Beesel) Het kerkvaandel [de kirchevaan]. [N 96C (1989)] III-3-3
kermis kermis: kɛrəməs (Beesel) kermis [RND] III-3-2
kern van een pit kern: WBD / WLD  kéér (Beesel) Het binnenste van zaad of pit (kern, kerning, kerel, karring). [N 82 (1981)] I-7
kerstavond heiligeavond: heilige aovend (Beesel) 24 december, de dag voor Kerstmis [Kerstavond, krisaovend, keersaovend]. [N 96C (1989)] III-3-3
kerstbeelden kerstgroep: kursgroep (Beesel) De beeldengroep van de kerststal, de kerstbeelden. [N 96C (1989)] III-3-3
kerstboom kerstboom: kursbaum (Beesel) Een kerstboom [krisboom]. [N 96C (1989)] III-3-3
kerstkribbe kerstkribbetje: kurskripke (Beesel) Een kerstkribbe [et kribche]. [N 96C (1989)] III-3-3
kerstmis kerstmis: kursmes (Beesel) Kerstmis [Krismes, Kriësmes, Keersemes, Korsmes]. [N 96C (1989)] III-3-3
kerstnacht kerstnacht: kursnacht (Beesel) De nacht van 24 op 25 december waarin Christus geboorte herdacht wordt, kerstnacht [krisnach]. [N 96C (1989)] III-3-3
kerststal kerststal: kursstal (Beesel) Een kerststal. [N 96C (1989)] III-3-3