24361 |
oorworm |
oorworm:
oorwurm (L300p Beesel)
|
oorworm
III-4-2
|
20056 |
oostindische kers |
japanse hazelaar:
WLD
japanse-hazelaar (L300p Beesel)
|
[N 92 (1982)]
I-7
|
24868 |
oot |
eve:
(even)
ève (L300p Beesel),
windhaver:
WLD
windjhaver (L300p Beesel)
|
oot [wilde haver] [DC 30 (1958)] || Oot, wilde haver (avena fatua 5 tot 20 cm groot. De plant is zodevormend, de bladeren zijn borstelvormig; de aartjes bevinden zich in dichte, aarvormige pluimen, klein, lichtgroen tot grijsachtig van kleur, kort genaald. Van april tot en met juni. Te vi [N 92 (1982)]
III-4-3
|
33293 |
oot, wilde haver |
evie:
ē̜vǝ (L300p Beesel)
|
Avena fatua L. Een vrij algemeen voorkomend lastig onkruid op bouwland, in korenvelden en wegbermen, dat er haverachtig uitziet met een wijde, pluimvormige aar. Het bloeit van juni tot augustus. De lengte varieert van 60 tot 120 cm. Vergelijk lemma Evene in WLD.I, afl. 4. [A 30, 2; A 60A, 81; L 49, 2; monogr.; add. uit JG 1a, 1b]
I-5
|
23198 |
op bedevaart gaan |
op bedevaart gaan:
op beevaart goan (L300p Beesel)
|
Een bedevaart doen, op bedevaart gaan [beewegen, beevaarden, bèèverte]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
25094 |
op een rij zetten |
op een rij zetten:
op ⁄n rie zitten (L300p Beesel)
|
op een rij zetten [hagen] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
21976 |
op het gevoel van ouderschap spelen |
nestspel:
nessjpel (L300p Beesel)
|
Bij gepaarde duiven met jongen spelen op het gevoel van ouderschap, op het verlangen om de jongen terug te zien? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
22460 |
op kraamvisite gaan |
op de muizenkeuteltjes gaan:
oppe moezekeutelkes gaon (L300p Beesel)
|
Op kraamvisite gaan [met de krommen arm gaan, met de kromme slip gaan, op de suikerbeschuit gaan]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
23675 |
op retraite gaan |
op retraite (fr.):
op retraite (L300p Beesel)
|
In retraite gaan, in retraite zijn. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
22368 |
op stelten lopen |
steltlopen:
sjteltloupe (L300p Beesel),
stelt loupe (L300p Beesel)
|
Op stelten lopen [stelten]. [N 88 (1982)] || stelten [op ~ loopen] [SGV (1914)]
III-3-2
|