20364 |
verkering |
sjans:
sjans (L300p Beesel)
|
verkering; regelmatige omgang met een persoon van het andere geslacht [sjans, verkeer, aanspraak] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
20367 |
verkering hebben |
kennis hebben:
kènnis höbbə (L300p Beesel),
sjans hebben:
sjans höbbə (L300p Beesel),
vrijen:
vrieje (L300p Beesel),
vrīējə (L300p Beesel),
vrīi̯ə (L300p Beesel)
|
verkering hebben [verkeren, vrijen, meteen lopen] [N 87 (1981)] || vrijen [DC 38 (1964)], [SGV (1914)]
III-2-2
|
21390 |
verklaren |
verklaren:
verkloare (L300p Beesel)
|
verklaren [SGV (1914)]
III-3-1
|
18002 |
verkleumd |
stijf:
stief van ka (L300p Beesel)
|
verkleumen [SGV (1914)]
III-1-2
|
21392 |
verkoper |
verkoper:
verkuiper (L300p Beesel)
|
verkooper [SGV (1914)]
III-3-1
|
18074 |
verkouden |
verkoud:
ich bön verkaat (L300p Beesel),
n biĕtje verkaat (L300p Beesel),
rot verkaat (L300p Beesel),
sjtīēf verkaat (L300p Beesel),
vərkaat (L300p Beesel),
versnops:
vərsjnŏĕps (L300p Beesel)
|
Lichte verkoudheid. Gebruikt men afzonderlijke benamingen voor een zware en lichte verkoudheid [DC 27 (1955)] || Verkouden: verkouden zijn; ontsteking van neusslijmvlies, met neusverstopping en slijmafscheiding (verkoud, verkouden, verkeld, versnoft). [N 84 (1981)] || Verkoudheid. Op welke wijze wordt dit gewoonlijk uitgedrukt? B.v. Ik ben ~ [DC 27 (1955)] || Zware verkoudheid. Gebruikt men afzonderlijke benamingen voor een zware en lichte verkoudheid [DC 27 (1955)]
III-1-2
|
18080 |
verkoudheid |
snop:
deze uitdrukking werd soms ook wel eens gebruikt. Het wijst op een neusverkoudheid - lopende neus
hè hèt de sjnoep (L300p Beesel)
|
Griep. Hoe noemt men tegenwoordig een zware verkoudheid met koorts? [DC 30 (1958)]
III-1-2
|
21281 |
verkwisten |
doordraaien:
der door drejjə (L300p Beesel)
|
op overdadige en lichtzinnige wijze besteden [dolboteren, vermokken, vertoelibassen, verkwisten] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
21393 |
verliezen |
verliezen:
verleeze (L300p Beesel, ...
L300p Beesel),
verleze (L300p Beesel, ...
L300p Beesel,
L300p Beesel,
L300p Beesel)
|
verliezen [DC 38 (1964)], [SGV (1914)]
III-3-1, III-3-2
|
25091 |
vermengen |
warren:
warren (L300p Beesel)
|
in elkaar vermengen [warzen] [N 91 (1982)]
III-4-4
|