e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=K358p plaats=Beringen

Overzicht

Gevonden: 3514
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
fauteuil clubzetel: kløp˃zētəl (Beringen, ... ) een leuningstoel [ZND 30 (1939)] || leuningstoel [ZND 01 (1922)] III-2-1
feestdag van sint-maarten sinte-maarten: of meiten??  sinte merten (Beringen) Sint-Maarten. [ZND 38 (1942)] III-3-3
fiets velo: de twee velos kwamen malkander tegen (Beringen), de twieë velos kwame mekander tege (Beringen), ne vilo (Beringen) De twee fietsers kruisen elkaar, [ZND 29 (1938)] || Fiets. [ZND 35 (1941)] III-3-1
fietser fietser: de twieë fietsers kruisten elkander (Beringen) De twee fietsers kruisen elkaar, [ZND 29 (1938)] III-3-1
fijn droog stof stof: stof (Beringen), stǫf (Beringen) Fijn droog stof op landwegen. [N 27, 37c] I-8
fijne hagel hagel: hàgəl (Beringen), stofhagel: stofhagel.  stofhàgəl (Beringen) fijne hagel [sjrot, schrot] [N 22 (1963)] III-4-4
fijt fijt: feyt (Beringen) ik heb de (of het) fijt (zeer pijnlijke verzwering van een vingertop) [ZND 35 (1941)] III-1-2
filter in de melkzeef zeefdoekje: zēfdøkskǝ (Beringen), ziftetje: zeftǝkǝ (Beringen), zijgslat: zęi̯xslat (Beringen) In het algemeen is de filter een linnen of katoenen lap waardoor de melk gezuiverd wordt van verontreinigingen. In plaats van deze lap gebruikt men ook wel een vel filtreerpapier of een schijf watten. Ouderwets is de met paardenhaar vervaardigde melkzeef. [L 48, 35.Ia, Ib en Ic; Lu 2, 35.Ib en Ic; A 18, 11b en 11c; BN 2, 4; monogr.] I-11
flaphoed flaphoed: flaphut (Beringen), slappe hoed: slapən hut (Beringen) flaphoed, slappe hoed met brede luifel [flambaar(hoed)] [N 25 (1964)] III-1-3
flauw flauw: floo (Beringen), flò: (Beringen) meeps (flauw van smaak) [ZND 01 (1922)], [ZND 31 (1939)] III-2-3