e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=K358p plaats=Beringen

Overzicht

Gevonden: 3514
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gat, opening (mv) koter: kotər (Beringen), koͅtər (Beringen) gaten (znw mv) [N 26 (1964)] III-4-4
gauwdief gauwdief: gādif (Beringen) gauwdief [ZND 01 (1922)] III-3-1
gebakje pat-tje: Syst. Frings  patēkə (Beringen, ... ) Gebakje (buntje, taartje, gatoke?) [N 16 (1962)] III-2-3
gebakken aardappelen gebakken patatten: Syst. Frings  gəbakə patatə (Beringen), patatten in de pan: Syst. Frings  patatə en ə pan (Beringen) In schijfjes gebakken aardappelen (erpel in de pan, kosjes, petatteschijfkes?) [N 16 (1962)] III-2-3
gebit gebit: gǝbet (Beringen) Het geheel van alle tanden en kiezen van een paard. [JG 1a, 1b; N 8, 17 en 18b] I-9
gebouw gebouw: gəbō (Beringen, ... ) een nieuw gebouw [ZND 35 (1941)] || gebouw [ZND 12 (1926)] III-2-1
gebreide kous strikkous: strèkkoos (Beringen, ... ), vgl. koos  strekosə (Beringen), strekōs (Beringen) breikous [sjtrikhaos, strikkous] [N 24 (1964)] III-1-3
gebreide wollen muts kornetje (<fr.): kərneͅtəkə (Beringen) vrouwenmuts, zwarte, dikke gebreide ~ [N 25 (1964)] III-1-3
gebrekkig gebrekkig: gəbraekich (Beringen), ne gebrekkige minsch (Beringen), nə gəbrɛkigə mins (Beringen) een gebrekkig mens [ZND 23 (1937)] || gebrekkig [ZND 01 (1922)] III-1-2
gebrekkig persoon gebrekkige mens: ne gebrekkige minsch (Beringen), nə gəbrɛkigə mins (Beringen) een gebrekkig mens [ZND 23 (1937)] III-1-2