e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Beringen

Overzicht

Gevonden: 3514
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
dunne sjaal halsneusdoek: halsnøziŋ (Beringen), sjaaltje: šaləkə (Beringen) sjaal, dunne ~ [N 23 (1964)] III-1-3
dunne wollen kous wollen kous: wolle koose (Beringen), wolə kōsə (Beringen), woͅlə kosə (Beringen), wòlle koosen (Beringen) kousen, dunne (wollen) ~ [slekke kousen] [N 24 (1964)] III-1-3
dunne zijden dameskous zijden kous: ze kosə (Beringen), zeͅiə kōsə (Beringen), zije koose (Beringen), zèè koosen (Beringen) dameskousen, dunne zijden ~ [N 24 (1964)] III-1-3
dunne zwarte rouwkous rouwkous: ro kosə (Beringen), rookoose (Beringen), rookoosen (Beringen), rō kōsə (Beringen) kousen, dunne zwarte ~ gedragen in de rouwtijd [N 24 (1964)] III-1-3
durven dorren: dae.rə (Beringen), dae:rə (Beringen), dèire (Beringen) durven [ZND 01 (1922)], [ZND 25 (1937)], [ZND m] III-1-4
duwen duwen: do:wə (Beringen), dowə (Beringen) duwen [RND], [ZND 01 (1922)] III-1-2
dwaallicht dwaaslicht: ən dwāslext (Beringen) Een dwaallicht (Fr. feu follet). [ZND B2 (1940sq)] III-3-3
dwarsbalk van de hooihark kop: kǫp (Beringen) De balk van de hooihark waarin de tanden zijn bevestigd; zie afbeelding 11, b. De instabiliteit van de heteroniemen wijst erop dat het begrip amper tot de eigenlijke landbouwterminologie is doorgedrongen. [N 18, 92b] I-3
dwarsbalkjes, egscheien scheien: sxɛ̄n (Beringen) De dunnere verbindingsstukken tussen de hoofdbalkjes van deeg. Deze kunnen ook van tanden zijn voorzien, vooral als het de oude driehoekige eg betreft. Voor de plaatsen waar men voor deze scheien geen aparte term gebruikt, zie men het lemma ''de gezamenlijke balken van de eg''. [JG 1a + 1b; N 11, 69b; N 11A, 155b; monogr.] I-2
dwarsdrijven dwarsdrijven: dwaersdrɛ.və (Beringen) dwarsdrijven [ZND 01 (1922)] III-1-4