e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Beringen

Overzicht

Gevonden: 3514
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
dwarsdrijver dwarsdrijver: dwaersdrɛ:vər (Beringen) dwarsdrijver [ZND 01 (1922)] III-1-4
dwarsstuk van de t-vormige hoeve stam: stam (Beringen), winkelhaak: weŋkǝlhāk (Beringen) Bedoeld is het bouwdeel waarin zich het woongedeelte bevindt; dit kan eventueel ook het woongedeelte van de L-vormige bouw zijn. Zie de toelichting bij het lemma "L-vormige hoeve" (1.2.2). Vergelijk ook kaart 4 en afbeelding 4. [N 4A, 2d] I-6
dweil opneemdoek: opneemdoek (Beringen), opnimdoek (Beringen, ... ), opneemvod: oepneemvod (Beringen) Hoe heet de doek uit grof linnen waarmee vocht van de vloer wordt opgenomen ? [ZND 48 (1954)] III-2-1
eed eed: ieëd (Beringen), iəd (Beringen), īət (Beringen) eed [ZND 01 (1922)], [ZND 23 (1937)] III-3-1
eekhoorn eekhoorntje: ook ZND 02, 008  iēkéureke (Beringen) eekhoorn [ZND 01 (1922)] III-4-2
een borrel drinken een drupje drinken: verzamelfiche, ook mat. van ZND 1a-m  dreupke drinken (Beringen), droepkə driŋkə (Beringen), een druppel drinken: verzamelfiche, ook mat. van ZND 1a-m  druppel drinken (Beringen) druppel (drinken), een borrel pakken [ZND 23 (1937)] III-2-3
een cadeau geven schenken: scchinke (Beringen) Schenken. [Willems (1885)] III-3-2
een ei ei: ai̯ (Beringen), ē. (Beringen), ē̜ (Beringen), ęi̯ (Beringen), ɛ̄. (Beringen), eitje: ęi̯kǝ (Beringen) [L 1a-m; L 3, 8; L 5, 79; L 26, 13b; L 30, 18b; L 35, 7; JG 1b; RND 123; Vld.; monogr.] I-12
een ei afpellen pellen: pęlǝ (Beringen) Een ei van de schaal ontdoen. [N 19, 55b; A 39, 9b] I-12
een huis huren huren: huren (Beringen), hy(3)̄rə (Beringen) een huis huren [ZND 27 (1938)] || huren [ZND 01 (1922)] III-2-1