e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=K318p plaats=Beverlo

Overzicht

Gevonden: 2283
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kinderschort met mouwen voorschoot: voorschoot (Beverlo, ... ) kinderschort met mouwen [smul] [N 24 (1964)] III-1-3
kinds kinds: kins (Beverlo) kinds III-2-2
kinds worden kinds: kinds wuu"re (Beverlo), verloren zijn: vloore zèn (Beverlo) verkindsen III-2-2
kinkhoest kinkhoest: keŋkhust (Beverlo) kinkhoest [ZND B1 (1940sq)] III-1-2
kinnebak kinnebak: kenəbak (Beverlo) kinnebak [N 10b (1961)] III-1-1
kipkap kipkap: Syst. Frings  kepkap (Beverlo) Kleine blokjes vlees, gesneden uit hart, nieren en ander binnenvlees (kipkap, kluisters?) [N 16 (1962)] III-2-3
kippenborst kiekenborst: kikebest (Beverlo) borstbeen: vooruitstekend borstbeen [kiepeboorst, kiekeborst] [N 10 (1961)] III-1-2
kippenvel hennenvel: hinnevèl (Beverlo), kiekenvel: kiekevel (Beverlo) kippevel || kippevel (kleine bultjes met rechtopstaande haartjes bijv. ten gevolge van de kou) [kiepvel, ganzevel, kiekevlees] [N 10 (1961)] III-1-2
klaarkomen afhebben: afhamme (Beverlo), gedaan hebben: gedōn hamme (Beverlo), gereed hebben: gerie"dhamme (Beverlo), vaardig hebben: vjèreghamme (Beverlo) klaarhebben III-1-4
klappertje klamoesje: Ze kochte ö klemosjkesgeweer ùp-e kèr"mes.  klemosjke (Beverlo) Pistonneke (klappertje). III-3-2