e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Beverlo

Overzicht

Gevonden: 2283
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
hoed: spotnamen hondskot: hondskot (Beverlo), weerhaan: Weerhaan.  wēərhōͅən (Beverlo) hoed, hoge ~: spotbenamingen [tarpot, titsj, hekteliter, böömert, handskow, kachelpiep, sjtief] [N 25 (1964)] || hoed: spotbenamingen [weerhaan, sjeuvel, sjtift, tups, teps, tips, tömps, döppe, tietsj, dinkerik] [N 25 (1964)] III-1-3
hoedenspeld hoedenspeld: huispeͅl (Beverlo), hoedspeld: hutspeͅl (Beverlo) speld op een dameshoed [heujespang] [N 25 (1964)] III-1-3
hoepel reep: nə rījəp (Beverlo), vgl. pag. 276: velg: zjant, rie"p.  rie"p (Beverlo), Ze spilde me de rie"p.  rie"p (Beverlo) Een hoepel (speeltuig. Fr. cerceau). [ZND B1 (1940sq)] || Hoepel. || Reep (hoepel). III-3-2
hoepelrok hoepelrok: hoepelrok (Beverlo, ... ), reeprok: riəprok (Beverlo), riəproͅk (Beverlo) hoepelrok [reekerok] [N 24 (1964)] III-1-3
hoesten bassen: WNT: bassen  basse (Beverlo), hoesten: hoestə (Beverlo), hustə (Beverlo), hùste (Beverlo), kuchen: kèche (Beverlo) hoesten [ZND A2 (1940sq)] || zachtjes hoesten, kuchen [ZND 29 (1938)] III-1-2
hoge herenschoen hoge herenschoen: hoeəgə hiərəschoenə (Beverlo), huəgə hiərəsXunə (Beverlo), hoge mansschoen: hoeəgəmansschoenə (Beverlo), huəgəmansXunə (Beverlo) herenschoenen, hoge ~ [N 24 (1964)] || sokschoenen, hogemanschoenen, in de betekenis van soort schoen; betekenis/uitspraak [N 24 (1964)] III-1-3
hoge hoed buis: bøs (Beverlo), buishoed: Buishoed.  bə:shut (Beverlo) hoed, hoge ~, gedragen bij rouwgelegenheden [N 25 (1964)] III-1-3
hoge hoed bij begrafenis buis: béújs (Beverlo), bøs (Beverlo), buishoed: bə:shut (Beverlo) hoed, hoge ~, gedragen bij rouwgelegenheden [N 25 (1964)] || hoge hoed bij gelegenheidskleding [N 02 (1960)] III-2-2
hoge kaart(en) hoog, een ~: Sub kaartspel : spel kaarten : 52 stuks.  hoe"g (Beverlo) [Hogere kaart]. III-3-2
hoge klomp? hoge klonk: huəgə klonk (Beverlo) klomp met hoge huif, hoge klomp, zonder riem gedragen [N 24 (1964)] III-1-3