e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Beverst

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
krant gazet (<fr.): gezet (Beverst), gĕzet (Beverst) krant [ZND 17 (1935)] III-3-1
krassen bekretsen: bekretsen (Beverst) krassen [ZND 01 (1922)] III-4-4
kreeft kreeft: ook in ZND 28, 048  kref (Beverst) kreeft [ZND 01 (1922)] III-2-3
krentenbrood krentenmik: krentəmek (Beverst, ... ), verzamelfiche ook mat. van ZND 1 (a-m)  kreentemik (Beverst) brood waarin krenten gebakken worden [N 29 (1967)] || krentenbrood [ZND 28 (1938)] III-2-3
kreunen van de pijn jammeren: jeemert (Beverst) hij kreunt van de pijn [ZND 28 (1938)] III-1-2
kreupel zijn lam: lǭm (Beverst), spanken: spaŋkǝ (Beverst  [(hinken)]  ) [JG 1a; N 8, 62k en 94f] I-9
kribbebijter kribbijter: krebē̜.tǝr (Beverst) Nerveus paard dat met de snijtanden in de kribbe of op een ander hard voorwerp bijt, de lucht hoorbaar naar binnen zuigt en kreunt. Dit leidt dikwijls tot indigestie. Een kribbebijter is te herkennen aan de sterke afslijting van de wrijfvlakken, vooral aan de voorrand der snijtanden. Een kribbebijter zuigt wel lucht op; het woord is echter geen synoniem van windzuiger (4.4.5). [JG 1a, 1b; A 48A, 41b; N 8, 62o en 84f; add. uit N 52] I-9
krijgertje spelen tikkertje spelen: /  tikkerke (Beverst), tuis lopen: of fis?  tis lope (Beverst) / [SND (2006)] || Ze spelen krijgertje, ... katje enz.: het kinderspel waarbij een kind de andere naloopt en ze tracht te raken. [ZND 36 (1941)] III-3-2
krijt krijt: n stèk wit krijt (Beverst) Een stuk wit krijt. [ZND 37 (1941)] III-3-1
kroeshaar kroezelhaar: krūzəlhōər (Beverst) kroeshaar [N 10 (1961)] III-1-1