33478 |
rode aalbes |
rode beren:
roej bère (P176b Bevingen),
sint-jansberen:
sintjansbèjre (P176b Bevingen)
|
I-7
|
20655 |
rode kool |
rode kool:
ro.jə kül (P176b Bevingen),
roje kül (P176b Bevingen),
rui kyəl (P176b Bevingen)
|
Rode kool (als plant of gewas) [Goossens 1b (1960)], [N Q (1966)] || rode kool als gerecht [N Q (1966)]
I-7, III-2-3
|
20705 |
rond wittebrood |
pannenbrood:
panne bru:t (P176b Bevingen),
rond brood:
rond bru:t (P176b Bevingen)
|
rond brood, gebakken van bloem [N 29 (1967)]
III-2-3
|
31385 |
ronde vijl, rattenstaart |
rond vijltje:
rǫnt ˲vęjlkǝ (P176b Bevingen)
|
Kleine, ronde, spits toelopende vijl. De ronde vijl wordt gebruikt voor het vijlen van gaten en gebogen oppervlakten. Zie ook afb. 102. [N 33, 94; N 64, 53e; monogr.]
II-11
|
34596 |
rongen |
rommen:
rumǝn (P176b Bevingen)
|
Twee tot acht houten of ijzeren spijlen die op de kar of wagen staan ter versteviging en/of ondersteuning van de zijwand (zowel -plank als -ladder). De rongen zitten bij de wagen in de rongblokken, terwijl ze bij de kar door middel van rongkrammen bevestigd zijn aan de onderzijde van de draagbalken van de karbak. [N 17, 12c + 31 + 44g + add; N G, 60d; JG 1a; JG 1b; JG 2b; JG 2c; Lu 4, 3a]
I-13
|
30030 |
roosterschuif |
schuif:
sxø̜̄f (P176b Bevingen)
|
De schuif waarmee de uitstroomopening van de blusbak kan worden afgesloten. Voor de schuif bevindt zich doorgaans een rooster waarmee ongebluste deeltjes in de kalk kunnen worden opgevangen. Dergelijke harde stukjes werden in Q 121 'mannetjeren' ('m'nšǝrǝ') genoemd. [N 30, 32d; monogr.]
II-9
|
20851 |
rozijnenbrood |
rozijnenmik:
rozijnəmik (P176b Bevingen)
|
brood, waarin rozijnen gebakken worden [N 29 (1967)]
III-2-3
|
32882 |
rug van het blad van de zeis |
rug:
røx (P176b Bevingen)
|
De opstaande stevige rand aan de buitenzijde van het blad van de zeis. Zie afbeelding 5, nummer 5. [N 18, 68e; JG 1a, 1b]
I-3
|
17737 |
ruiken |
rieken:
rieke (P176b Bevingen)
|
rieken [ZND 25 (1937)]
III-1-1
|
21332 |
samenspannen |
aan dezelfde koord trekken:
die trekken aan dezelfde koord (P176b Bevingen)
|
Die twee heulen samen (spannen samen tegen de anderen) [ZND 26 (1937)]
III-3-1
|