e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Bilzen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
italiaan italiaan: das n Italjon (Bilzen), das ⁄nen Itəlion (Bilzen), italianer: das ⁄nen Italiënner (Bilzen) Dat is een Italiaan. [ZND 36 (1941)] III-3-1
jaarduif jaarduif: Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.  ’n joërdauf (Bilzen, ... ) een duif die ouder dan één jaar is? [N 93 (1983)] || een jonge duif van één jaar? [N 93 (1983)] III-3-2
jachtpak jagerskostuum: jaogərskəstum (Bilzen), jéégərskəstum (Bilzen) het jachtcostuum [N 59 (1973)] III-1-3
jachtschoen jachtget: Strampe, lederen verhoging op jagerschoenen (boeregètte, gètsjes, kaa viet). "kaa viet": benaming voor gètsjes, in de winter gedragen op (kinder)schoenen; "strampe"zijn hoge gètten.  jachgètte (Bilzen), jachtschoen: jachsjoen (Bilzen) Hoe noemt u in het algemeen een schoen die op jacht gedragen wordt? [N 60 (1973)] || Kent u het woord "jagerswag", "jagersget"? Wat betekent het precies? Hoe ziet dit schoeisel er uit? Hoe spreekt u het uit? [N 60 (1973)] III-1-3
jacquetpak jacquet (<fr.): zjákét (Bilzen), jacquetkostuum (<fr.): zjákétkəstum (Bilzen) het jacquet-costuum [N 59 (1973)] III-1-3
jagersjas jagersjas: jaogərsjàs (Bilzen), jéégərsjàs (Bilzen) groene jas met een plooi in de rug [N 59 (1973)] III-1-3
jak bloes: bloes (Bilzen), jacque (<ofr.): [cfr. A.Debever (2003), p. 30]  zjak (Bilzen), rok: rok (Bilzen) jak [ZND 01 (1922)] || jak (kort vrouwenkledingstuk) [ZND 27 (1938)] III-1-3
jaloers jaloers: ook materiaal znd 27, 44  zjaloes (Bilzen, ... ), želūs (Bilzen) jaloers [ZND 01 (1922)] III-1-4
jam gelei: zjelee (Bilzen) gelei van met suiker gekookte, fijngemaakte vruchten, om op de boterham te eten : jam, confituren [N 80 (1980)] III-2-3
janken jammeren: jommere (Bilzen) Hoe noemt u een klagelijk hoog geluid voortbrengen, maar minder luid dan bij 018c (jonkelen, janken, kajiten, kajankelen, jammen) [N 83 (1981)] III-2-1