e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Bilzen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
verwend kindje bedorven kindje: bedorve kindsje (Bilzen) bedorven kindje; het is een - - [ZND 05 (1924)] III-2-2
verzakt spoor ophogen omhoogrippen: ǫm(h)ǫwxrepǝ (Bilzen) [N 98, 57; monogr.] II-8
verzinken nagelen doorhouwen: nē̜gǝl dø̜r(h)ōǝ (Bilzen) Een spijkerkop met behulp van een drevel tot beneden het oppervlak van het hout indrijven. [N 54, 139a] II-9
verzolen verzolen: vǝrzuǝlǝ (Bilzen) Het van nieuwe zolen voorzien van de schoenen. [N 60, 232b] II-10
verzopen mortel te kwak: tǝ kwax (Bilzen) Mortel waar teveel water in is verwerkt. Zie voor de fonetische documentatie van het woord '(spijs)' het lemma 'Mortel'. [N 30, 43a; monogr.] II-9
vest gilet (fr.): gilee (Bilzen), kamizool (<fr.): camisolle (Bilzen), kamezol (Bilzen), kàmmezól (Bilzen), kamizooltje (<fr.): kàmməzólləkə (Bilzen) het vest [N 59 (1973)] || vest (fr. gilet) [ZND 16 (1934)] || wit vest (manskledingstuk waarin het horloge gedragen wordt) [ZND 08 (1925)] III-1-3
vestenmaker kamizolenmaker: kamǝzolǝmē̜kǝr (Bilzen), kamǝzolǝmǭkǝr (Bilzen) Kleermaker die vooral vesten maakt. De woordtypen jassenmaker, jasmaker, confectioneur en stukwerker duiden erop dat deze persoon niet enkel vesten maakt. [N 59, 195a] II-7
vestzakje kamizolenmaal (<fr.): kàmməzólləmaol (Bilzen), maaltje: méélkə (Bilzen), maaltje in het kamizooltje (<fr.): méélke én ət kàmməzólləkə (Bilzen) het zakje in het vest [N 59 (1973)] III-1-3
vet, spek spek: spɛk (Bilzen), veer van een varken: vęr [van een] vɛrkǝ (Bilzen), verevet: vę̄rǝvɛt (Bilzen), vet: vęt (Bilzen) Het vet dat samen met hennep of stukken zak in de vetgaten van de bus wordt gestoken om de hals van het staakijzer of de kleine spil te smeren. [Vds 127; Jan 138; Coe 110; Grof 129] II-3
veter staartel: statǝl (Bilzen) Koord of smal gevlochten band door de ogen van de schoenen geregen, om de kleppen naar elkaar toe te halen en te bevestigen. Het kan van leer of van een andere stof gemaakt zijn. Volgens de informant van P 219 is de staartel breder dan de nestel. [N 60, 27a; N 60, 27b; L 5, 14; Wi] II-10