33916 |
dempig |
dempig:
dɛmpex (Q083p Bilzen)
|
Gezegd van runderen of paarden met dempigheid, een bemoeilijking van de ademhaling; bij runderen is het vaak een naziekte van het mond- en klauwzeer. Het paard vertoont een versnelde ademhaling, gepaard met een temperatuursverhoging en hoesten. Dempigheid of kortademigheid is niet chronisch, in tegenstelling tot ''cornage'' (7.38). [JG 1b; A 48A, 38a; L 1, a-m; L 23, 1a en 1b; N 8, 87, 88 en 89a; N 52, 24; S 6]
I-9
|
22116 |
denkbeeldige lijn tussen hok en losplaats |
goede lijn:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.
de gŏĕj laajn (Q083p Bilzen),
rechte lijn:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.
de raechte laajn (Q083p Bilzen),
richting:
Algemene opmerking bij deze vragenlijst: invuller heeft hierbij twee bijlagevellen bijgevoegd, t.w.
de richting (Q083p Bilzen)
|
Hoe zegt men: de denkbeeldige lijn tussen hok en losplaats? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
19048 |
denken |
denken:
deͅnkə (Q083p Bilzen),
deͅŋkə (Q083p Bilzen),
ich denk, ve denken (Q083p Bilzen)
|
denken [ZND A1 (1940sq)], [ZND A1 (1940sq)] || ik denk, wij denken (of peinzen?) ik dacht het wel, wij dachten het ik heb het gedacht [ZND 08 (1925)]
III-1-4
|
24476 |
dennenappel |
denappel:
verzamelfiches; ook ZND01, u 31
dĕ-appel (Q083p Bilzen),
dennenknop:
verzamelfiches; ook ZND01, u 31
denneknop (Q083p Bilzen)
|
dennenappel [ZND 01 (1922)]
III-4-3
|
22087 |
dennennaalden |
dennenspangen:
dennespange (Q083p Bilzen),
deͅnnəspaŋə (Q083p Bilzen)
|
dennenaald [ZND 01 (1922)]
III-4-3
|
18474 |
derbybottine |
derbybottine:
dêrbi-bottin (Q083p Bilzen)
|
Het model dat op tek. 206b wordt afgebeeld (derby-bottine?) [N 60 (1973)]
III-1-3
|
28511 |
derdeling |
derdeling:
dɛ.rdǝleŋ (Q083p Bilzen)
|
Derde zwerm of tweede nazwerm. Na de eerste nazwerm of de tweede zwerm kan enkele dagen later een tweede nazwerm volgen. [N 63, 29c; N 63, 37e; JG 1a+1b; JG 2b-5, 7; L 1a-m; A 9, 6; monogr.]
II-6
|
20597 |
desemen |
desem derindoen:
ongedesemd brood = ongedeesemp braud
deesem trèndoen (Q083p Bilzen),
desemen:
deeseme (Q083p Bilzen)
|
zuurdeeg in het beslag voor brood doen, desemen [N 80 (1980)]
III-2-3
|
19167 |
deugniet |
deugeniet:
ook materiaal znd 23,4
diegənīt (Q083p Bilzen),
è: franse e
dègəniet (Q083p Bilzen),
deugniet:
ook materiaal znd 23,4
dieëgniet (Q083p Bilzen),
diègniet (Q083p Bilzen),
ondeugd:
ondejg (Q083p Bilzen),
ondeugend jong:
ondiètəg jonk (Q083p Bilzen),
ondeugend kind:
ondejntig kent (Q083p Bilzen),
vagebond:
ook materiaal znd 23,4
vōͅgəbond (Q083p Bilzen)
|
deugniet [ZND 01 (1922)] || een ondeugend kind [ZND 40 (1942)] || kent ge ook een woord of uitdrukking met dezelfde betekenis zonder het woord kind, b.v. een ondeugd, of iets dergelijks ? [ZND 40 (1942)]
III-1-4
|
18291 |
deuk in een hoed |
bluts:
een blets (Q083p Bilzen)
|
een deuk [ZND 33 (1940)]
III-1-3
|