e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Binderveld

Overzicht

Gevonden: 828
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
sloothak, slootzeis beekmes: bęi̯kmęs (Binderveld), doornenmes: dø̄ǝnmęs (Binderveld) Hak of zeis waarmee men sloten en beken maait en schoonmaakt. [JG 1a, 1b; N 14, add.; N 18, add.] I-8
sluitlaag sluitlaag: slɛ̄tlōx (Binderveld) De laatste laag op de wagen. [JG 1b] I-4
smalle buikriem buikriem: bukrīm (Binderveld  [(leer)]  ), buikzeel: buk˲ziǝl (Binderveld) Riem of ketting die onder de buik van het paard doorloopt en beide strengen verbindt. Vergelijk ook lemma Brede Buikriem. [JG 1b, 1c, 1d, 2c; N 13, 61] I-10
smidse smis(se): smes (Binderveld) In het algemeen de werkplaats van een smid en meer in het bijzonder de plaats waar de smidsvuurhaard is ondergebracht. Zie ook afb. 1. [N 33, 5; S 33; JG 1a; JG 1b; monogr.] II-11
snede van het blad van de zeis snede: snei̯ (Binderveld) De scherpe snijdende binnenzijde van het blad van de zeis. Zie afbeelding 5, nummer 4. Bedoeld is hier de algemene benaming voor de snijkant van de zeis. In sommige gebieden, met name in enkele dorpen tussen het waat-gebied (in het noorden van Belgisch Limburg) en het snede-gebied (in het zuiden ervan) wordt onderscheid gemaakt tussen de eigenlijke snede en het haarpad: de smalle rand die bij het haren op het zeisblad wordt geslagen en waarvan de snede het uiteinde vormt. Zie voor deze laatste het volgende lemma: ''haardpad''. Wanneer er meer dan één variant voor een plaats was opgegeven, is bij voorkeur het materiaal van de mondelinge enquêtes in gebracht.' [N 18, 68d; JG 1a, 1b, 2c; add. uit N 17, 100; monogr.] I-3
sneeuwx sneeuw: snîêf (Binderveld) sneeuw [RND] III-4-4
snuit snuit: snē̜t (Binderveld) Zie afbeelding 2.6. [JG 1a, 1b] I-9
soldaat soldaat: soldo.ət (Binderveld) soldaat [RND] III-3-1
soldaten soldaten: soldo.ətə (Binderveld) soldaten [RND] III-3-1
sorteren met de hand onderrapen: ǫndǝrǭ.pǝ (Binderveld) Vroeger werden vaak de grote van kleine aardappelen gescheiden bij het rapen zelf op het veld; zie de toelichting bij het lemma Aardappelmand. Tegenwoordig worden de aardappelen op de boerderij gesorteerd; niet meer met de hand maar met een sorteermachine. Zie het lemma Sorteermachine. [N 12, 31; JG 1a, 1b gedeeltelijk, 1c, 2c; monogr.] I-5