e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q121c plaats=Bleijerheide

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
glijbies [wld ii.10, p. 26] binnenbies: binnebies (Bleijerheide), roetsjbies: rutsjbies ? (Bleijerheide) Een reep leer die op dezelfde plaats loopt, maar dan aan de binnenkant van de schoen en die dient om de hiel gemakkelijk in de schoen te laten schuiven? (geleibies of glijbies?) Zie tek. 18c. [N 60 (1973)] III-1-3
glijders of lopers van de sleepcultivator sledeijzeren: šlęi̯īzǝrǝ (Bleijerheide) Voor de bedoelde sledeijzers zie men afb. 79. [N 11A, 151e] I-2
glimlachen gremelen: jrieë’mele (Bleijerheide) glimlachen III-1-4
glimworm johanneswormpje: johan’neswurmsje (Bleijerheide), vuurwormpje: vuur’wurmsje (Bleijerheide) glimworm III-4-2
gloeilamp bol: boͅl (Bleijerheide), peer: bīr (Bleijerheide) gloeilamp III-2-1
gluiperd duckmuser (du.): doekmuzer (Bleijerheide), lusch: loesj (Bleijerheide) achterbaks iemand || stiekemerd III-1-4
goed dak goede berg: jǫwǝ bɛrx (Bleijerheide  [(Domaniale)]   [Wilhelmina]), hel dak: hɛ.l dāx (Bleijerheide  [(Domaniale)]   [Zwartberg, Waterschei]) Een goed dak laat bij het afkloppen een scherpe, helle klank horen. Het bestaat uit vaste steen. [N 95, 890] II-5
goed passen goed zitten: jot setsǝ (Bleijerheide) Goed zitten of passen, gezegd van een kledingstuk. [N 62, 26a; MW] II-7
goed uit de weg kunnend vlot: flǫt (Bleijerheide) Gezegd van een paard dat goed te been is. [N 8, 64d] I-9
goede- opbrengst geven opbrengen: ǫbręŋǝ (Bleijerheide) Werkwoordelijke uitdrukking van het vorige lemma "de oogst levert goed op", "staat er goed voor". Zeer algemene uitdrukkingen als "(de oogst) staat goed" of "(de oogst) staat schoon" zijn hier niet opgenomen. Vergelijk ook het lemma ''groeien'' (1.1.4). [N 15, 12; monogr.; add. uit N 15, 10 en 11; L 5, 39; L 39, 39] I-4