e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q121c plaats=Bleijerheide

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ijzertje onder een schoen hoefijzer: hof-iezere (Bleijerheide), hofiezer (Bleijerheide), tipijzer: tip-iezere (Bleijerheide) Deze ijzertjes (tip?) [N 60 (1973)] || Het achterste gedeelte van de hak waar men wel ijzertjes opzette? (tip?) [N 60 (1973)] || ijzertje onder de schoen [blakei] [N 24 (1964)] III-1-3
ijzig ijzig: ie⁄zieg (Bleijerheide) ijzig III-4-4
in de lucht naaien in gen locht naaien: e jǝn luǝt niǝnǝ (Bleijerheide) Zonder de steun van de knieën naaien. Dit is slecht voor lendenen en rug. [N 59, 71b] II-7
in de schil gekookte aardappelen zwelmannetjeren: sjwelmensjere (Bleijerheide), Op Kaarvrieddieg ose vöal lü sjwelmensjere mit herrek  sjwel’mensjere (Bleijerheide) in de schil gekookt aardappeltje || In de schil gekookte aardappelen (zwelmennekes?) [N 16 (1962)] III-2-3
in de tuin werken buttelen: bøtələ (Bleijerheide) licht tuinwerk doen III-2-1
in de was zetten bohnern: bōnǝrǝ (Bleijerheide) Het hout van meubels met was inwrijven. [N 56, 59a; monogr.] II-12
in ondertrouw gaan zich aangeven: ziech aa’jeëve (Bleijerheide) in ondertrouw gaan III-2-2
in stof geplaatste zak biljettasje: biljet-tâsje (Bleijerheide) een in de stof geplaatste zak [N 59 (1973)] III-1-3
inbraak, stopmijnen inbrok: ebrox (Bleijerheide  [(Domaniale)]   [Laura, Julia]) De schietgaten die in het midden van het schietfront liggen. De schoten worden dusdanig geplaatst dat uit het front een wigvormig stuk wordt geschoten om de werking van de latere schoten te vergemakkelijken. [N 95, 800; N 95, 431; N 95, 435; monogr.; Vwo 170, Vwo 393; Vwo 752] II-5
inbranden polieren: polīrǝ (Bleijerheide) Het aanbrengen van de was met een warm polijstinstrument. Na het likken of aftrekken worden hak en kanten ingebrand. Dit gebeurt niet om deze alleen maar glimmend te maken maar ook om ze hechter en beter bestand te maken tegen de invloeden van vocht en nattigheid. [N 60, 134c] II-10