19317 |
trots |
stolz (du.):
sjtoots (Q121c Bleijerheide)
|
trots
III-1-4
|
18690 |
trouwpak |
zwarte anzug (du.):
sjwatte antzoch (Q121c Bleijerheide)
|
trouwkostuum [t trouwdinge, trouwpak] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
18169 |
trui |
tricot (fr.):
tricot (Q121c Bleijerheide, ...
Q121c Bleijerheide)
|
damestrui, kledingstuk zonder knopen [N 23 (1964)] || trui [maljo, sjtump, tricot] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
18083 |
tuberculose |
schwiendsucht:
šwentzox (Q121c Bleijerheide)
|
Een besmettelijke ziekte die ontstaat doordat tuberkelbacteriën in het lichaam van het dier geraken. De besmetting kan op verschillde wijzen gebeuren: direct, doordat de smetstof met de ingeademde lucht of het opgenomen voedsel van lijders aan tuberculose belandt in het lichaam van gezonde stalgenoten; indirect, doordat de smetstof via zuivelfabrieken met de melk van het ene bedrijf op het andere terechtkomt. Het is een slepende ziekte. Zie ook het lemma ''tuberculose'' in wbd I.3, blz. 483.' [N 3A, 85a; N 52, 17a; A 48A, 30a]
I-11
|
34289 |
tuieren |
vastbinden:
vɛsbenjǝ (Q121c Bleijerheide)
|
Een koe of geit laten grazen aan een touw dat met een paal in de grond bevestigd is. Men doet dit om het af te grazen stuk grasland te beperken. [N 3A, 14h; N 14, 71; L 27, 5; A 17, 20; JG 1c, 2c; Vld.; monogr.]
I-11
|
34296 |
tuierhamer |
vuisthamer:
vūshamǝr (Q121c Bleijerheide)
|
De zware, houten hamer waarmee men de tuierpaal in de grond drijft. [N 14, 73b en 74; N 3A, 14h; A 17, 20; monogr.; add. uit N 14, 71; S 15]
I-11
|
31148 |
tuigleer, zadelleer |
tuigleer:
tsȳxlę̄r (Q121c Bleijerheide)
|
Het leer zoals de zadelmaker dat van de looier betrekt. Het is bestemd voor zadel, haam en riemen van paarden. Het woordtype bloot duidt op huid of vel waarvan de haren verwijderd zijn. [N 36, 1; Li 1963, 45]
II-10
|
19772 |
tuin |
bloemengaard:
bloͅməjāt (Q121c Bleijerheide)
|
bloementuin
III-2-1
|
33506 |
tuinbonen |
paardsbonen:
peëds’boeën (Q121c Bleijerheide),
spekbonen:
sjpek’boeëne (mv.) (Q121c Bleijerheide),
wasbonen:
soort boon
waks’boeën (Q121c Bleijerheide)
|
boon || paardeboon || spekboon
I-7
|
19738 |
tuingeranium |
geranium:
jərānii̯um (Q121c Bleijerheide)
|
geranium
III-2-1
|