e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Bleijerheide

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
trots stolz (du.): sjtoots (Bleijerheide) trots III-1-4
trouwpak zwarte anzug (du.): sjwatte antzoch (Bleijerheide) trouwkostuum [t trouwdinge, trouwpak] [N 23 (1964)] III-1-3
trui tricot (fr.): tricot (Bleijerheide, ... ) damestrui, kledingstuk zonder knopen [N 23 (1964)] || trui [maljo, sjtump, tricot] [N 23 (1964)] III-1-3
tuberculose schwiendsucht: šwentzox (Bleijerheide) Een besmettelijke ziekte die ontstaat doordat tuberkelbacteriën in het lichaam van het dier geraken. De besmetting kan op verschillde wijzen gebeuren: direct, doordat de smetstof met de ingeademde lucht of het opgenomen voedsel van lijders aan tuberculose belandt in het lichaam van gezonde stalgenoten; indirect, doordat de smetstof via zuivelfabrieken met de melk van het ene bedrijf op het andere terechtkomt. Het is een slepende ziekte. Zie ook het lemma ''tuberculose'' in wbd I.3, blz. 483.' [N 3A, 85a; N 52, 17a; A 48A, 30a] I-11
tuieren vastbinden: vɛsbenjǝ (Bleijerheide) Een koe of geit laten grazen aan een touw dat met een paal in de grond bevestigd is. Men doet dit om het af te grazen stuk grasland te beperken. [N 3A, 14h; N 14, 71; L 27, 5; A 17, 20; JG 1c, 2c; Vld.; monogr.] I-11
tuierhamer vuisthamer: vūshamǝr (Bleijerheide) De zware, houten hamer waarmee men de tuierpaal in de grond drijft. [N 14, 73b en 74; N 3A, 14h; A 17, 20; monogr.; add. uit N 14, 71; S 15] I-11
tuigleer, zadelleer tuigleer: tsȳxlę̄r (Bleijerheide) Het leer zoals de zadelmaker dat van de looier betrekt. Het is bestemd voor zadel, haam en riemen van paarden. Het woordtype bloot duidt op huid of vel waarvan de haren verwijderd zijn. [N 36, 1; Li 1963, 45] II-10
tuin bloemengaard: bloͅməjāt (Bleijerheide) bloementuin III-2-1
tuinbonen paardsbonen: peëds’boeën (Bleijerheide), spekbonen: sjpek’boeëne (mv.) (Bleijerheide), wasbonen: soort boon  waks’boeën (Bleijerheide) boon || paardeboon || spekboon I-7
tuingeranium geranium: jərānii̯um (Bleijerheide) geranium III-2-1