20367 |
verkering hebben |
vrijen:
vrij’e (Q121c Bleijerheide)
|
verkering hebben, vrijen
III-2-2
|
28948 |
verknippen, versnijden |
versnijden:
vǝršni-jǝ (Q121c Bleijerheide)
|
Door verkeerd knippen het te maken kledingstuk bederven. [N 62, 24; MW]
II-7
|
21685 |
verkwanselen |
verschleudern (du.):
Opm. Duits: "verschlendern".
versjlendere (Q121c Bleijerheide)
|
Verkwanselen, op verachtelijke wijze verhandelen [vertuitelen, verkwanselen?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
30376 |
verlaagd plafond |
zolderbrits:
zø̜ldǝrbretš (Q121c Bleijerheide)
|
Loze zoldering die wordt aangebracht om de hoogte van een vertrek te verminderen. [N 54, 148]
II-9
|
27607 |
verlegdienst |
ombouwschicht:
˙ømbǫwšix (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
[Eisden])
|
In Nederland de dienst, in Belgiē de post die het transportmiddel in het oude pand van een pijler afbreekt en in het nieuwe pand weer opbouwt. Volgens Van der Maar verlegde men de transportmiddelen in de wisseldienst. [N 95, 494; monogr.; Vwo 224; Vwo 551]
II-5
|
19038 |
verlegen |
bleu:
blŭŭë (Q121c Bleijerheide),
verlegen:
verlééje (Q121c Bleijerheide)
|
verlegen [schoow, sjou, bluuj, besjeemt] [N 06 (1960)]
III-1-4
|
18850 |
verlegen (zijn) |
bleu:
blüe (Q121c Bleijerheide)
|
bleu, verlegen
III-1-4
|
28090 |
verleggen |
ombouwen:
ømbǫwǝ (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
[Emma]),
omleggen:
ømlɛqǝ (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV])
|
Het transportmiddel in een pijler van het oude naar het nieuwe pand verplaatsen. In tegenstelling tot het "verschuiven" wordt de transportinstallatie daarbij gedemonteerd en in het nieuwe pand weer opgebouwd. [N 95, 493; monogr.; N 95, 267; Vwo 226; Vwo 549]
II-5
|
27623 |
verlof, vrije dag |
feierschicht:
fajǝršix (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
[Eisden]),
verlof:
vǝrlǫf (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
verlofschicht:
vǝrlǫfšix (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV]),
vrije dag:
vręjǝ dāx (Q121c Bleijerheide
[(Domaniale)]
[Maurits])
|
Van vakantie spraken de mijnwerkers niet. Men nam een verlofdag en deze was dan "de mooiste werkdag". [N 95, 121; N 95, 122; N 95, 123; monogr.; N 95, 920; Vwo 248]
II-5
|
31676 |
verloopsok |
verbindungsmof:
verbenduŋsmuf (Q121c Bleijerheide)
|
Sok die dient om pijpen van ongelijke diameter met elkaar te verbinden. Zie ook afb. 266. [N 64, 118c]
II-11
|