21726 |
verhoren |
verhoren:
verhuren (L269p Blerick),
verhuure (L269p Blerick, ...
L269p Blerick)
|
iemand ondervragen in een zaak voor de rechter [verhoren, overhoren, onderhoren] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
19370 |
verhuizen |
verhuizen:
verhoêze (L269p Blerick)
|
Van woning veranderen (verhuizen, overhuizen, overtrekken) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
34657 |
vering |
dubbele vering:
dø̜bǝl vɛ̄reŋ (L269p Blerick),
enkele vering:
eŋkǝl vɛ̄reŋ (L269p Blerick),
veer:
vɛ̄r (L269p Blerick)
|
Vering van het rijtuig. Onder A. bevinden zich de algemene benamingen voor de vering, onder B, C en D de specifieke soorten. De enkele veer (B) bestaat uit een hoofdblad , waarop door middel van een in het midden aangebrachte veerbout twee of meer, telkens kortere steunbladen zijn vastgeklemd. De dubbele veer (C), die meer gebruikt wordt, daarentegen bestaat uit twee hoofdbladen. De spiraalveer tenslotte (D) is een spiraalvormig opgewonden draad van staal of een ander veerkrachtig materiaal. [N 101, 16, monogr]
I-13
|
22507 |
verjaardag |
verjaardag:
verjaordaag (L269p Blerick),
verjoardaag (L269p Blerick)
|
Hij was gisteren jarig, maar ik ... zn hele verjaardag vergeten. [DC 45 (1970)] || verjaardag [SGV (1914)]
III-3-2
|
34171 |
verkeerd liggen |
in een draai liggen:
in een draai liggen (L269p Blerick)
|
Verkeerd liggen in de baarmoeder door een slag in de baarmoederhals, gezegd van het kalf. [N 3A, 49]
I-11
|
21399 |
verkeren |
voor vast vrijen:
vur vas vreeje (L269p Blerick),
vrijen:
vrijen (L269p Blerick)
|
verkering hebben [verkeren, vrijen, meteen lopen] [N 87 (1981)] || vrijen [SGV (1914)]
III-3-1
|
20364 |
verkering |
sjans:
sjans (L269p Blerick)
|
verkering; regelmatige omgang met een persoon van het andere geslacht [sjans, verkeer, aanspraak] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
20367 |
verkering hebben |
voor vast vrijen:
vur vas vreeje (L269p Blerick),
vrijen:
vreeje (L269p Blerick),
vrēi̯ə (L269p Blerick),
vrēͅi̯ə (L269p Blerick),
vrijen (L269p Blerick),
vrīi̯ə (L269p Blerick)
|
verkering hebben [verkeren, vrijen, meteen lopen] [N 87 (1981)] || verkering; regelmatige omgang met een persoon van het andere geslacht [sjans, verkeer, aanspraak] [N 87 (1981)] || vrijen [DC 38 (1964)], [SGV (1914)]
III-2-2
|
18001 |
verkillen |
kleumen:
kleumen (L269p Blerick),
tintelen:
tintele (L269p Blerick),
verkleumen:
verkleume (L269p Blerick)
|
kleumen [SGV (1914)] || Ongevoelig worden van kou, gezegd van ledematen (killen). [N 84 (1981)] || verkleumen [SGV (1914)]
III-1-2
|
21390 |
verklaren |
verklaren:
verkloare (L269p Blerick)
|
verklaren [SGV (1914)]
III-3-1
|