21442 |
vleien |
flikflooien:
flikflooije (L269p Blerick)
|
flikflooien [SGV (1914)]
III-3-1
|
34378 |
vleiwoord voor het varken |
bigje:
bexskǝ (L269p Blerick),
kuus:
kus (L269p Blerick),
kuusje:
kuskǝ (L269p Blerick),
varkentje:
vɛrkskǝ (L269p Blerick)
|
[VC 14, 2c v]
I-12
|
33775 |
vlekje op de neus |
vlek:
vlɛk (L269p Blerick)
|
Witte aftekening tussen neusvleugels en bovenlip. [N 8, 27c]
I-9
|
34348 |
vlekziekte |
brand:
braŋk (L269p Blerick),
uitslag:
ūtslāx (L269p Blerick),
vlekziekte:
vlekziekte (L269p Blerick)
|
Vlekziekte wordt veroorzaakt door een bacterie. De ziekte gaat gepaard met hoge koorts; op de huid tekenen zich rode en soms donkerblauwe vierkante of ruitvormige vlekken af (WBD I.6, blz. 854). [N 19, 27a; N 19, 27b; N 52, 19; N 76, 57; A 48a, 32; monogr.]
I-12
|
22154 |
vleugel |
vlerk:
vlerk (L269p Blerick),
vleugel:
vleugel (L269p Blerick, ...
L269p Blerick)
|
vleugel: elk der beide lichaamsdelen van vogels die hun tot vliegen dienen (wiek, zwing, vlerk, vleugel) [N 83 (1981)]
III-4-1
|
33141 |
vleugels in de wanmolen |
schoepen:
sxupǝ (L269p Blerick),
vleugels:
vlø̄gǝls (L269p Blerick)
|
De schuingeplaatste plankjes die op een as zijn gemonteerd die wordt aangedreven, waardoor er een windstroom ontstaat, in de wanmolen. [N 14, 45b; JG 1a, 1b, 2c; monogr.]
I-4
|
24391 |
vliegen, weven van een vlieg |
walven:
walve (L269p Blerick)
|
Hoe noemt u draaiende bewegingen maken om iemands hoofd, gezegd van een vlieg of mug (weven) [N 83 (1981)]
III-4-2
|
24444 |
vliegend ongedierte |
ongesiefer:
ongesiefer (L269p Blerick),
vliegen:
idiosyncr.
vlēēge (L269p Blerick),
vlinders:
idiosyncr.
vlinders (L269p Blerick)
|
vliegend gedierte [N 26 (1964)]
III-4-2
|
33986 |
vliegennet |
geziefernet:
[geziefernet] (L269p Blerick
[(het eerste element van deze samenstelling is duits geziefer)]
),
gǝsīfǝrnęt (L269p Blerick
[(het eerste element van deze samenstelling is duits geziefer)]
),
vliegennet:
vlēgǝnɛt (L269p Blerick)
|
Fijnmazig net dat over een ingespannen paard wordt gehangen om het tegen vliegen te beschermen. [JG 1a, 1b, 2a, 2b; N 13, 82a] || geziefernet
I-10
|
19452 |
vliegenraam, hor |
hortje:
heurtje (L269p Blerick, ...
L269p Blerick),
vliegenhortje:
vleégeheurtje (L269p Blerick)
|
Hoe noemt u een scherm van groene metaaldraad in open ramen om vliegen buiten te houden? (vliegenraam, hor) [N 104 (2000)] || Vlechtwerk van metaaldraad in een raam gevat dat voor een venster wordt gezet om het binnenvliegen van insekten te beletten (hor, horretje, zeef, draad) [N 79 (1979)]
III-2-1
|