e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Bocholt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
feestdag van sint-jozef sint-jozef: sint joezef (Bocholt) 19 maart, H. Jozef [Sint Jozep, Tsint Joep]. [N 96C (1989)] III-3-3
feestdag van sint-maarten sint-maarten: sint maarten (Bocholt), sint marten (Bocholt), sint meerten (Bocholt), sint-martinus: st martinus (Bocholt) 11 november, H. Martinus, St. Maarten, St. Marten, St. Marte. [N 96C (1989)] || Sint-Maarten. [ZND 38 (1942)] III-3-3
feestdag van sint-petrus en sint-paulus pier en paul: pier en paul (Bocholt) 29 juni, de H. Petrus en Paulus [Peterumpaul, peter en paul]. [N 96C (1989)] III-3-3
feesten feesten: fieëste (Bocholt, ... ) een feest vieren [feesten, vieren, kermissen, fêteren] [N 112 (2006)] || Feesten. III-3-2
feesten add. belgiqun (<fr.): NB Belzjiek: België.  belzjieke (Bocholt), lampetten: lampètte (Bocholt) Uitbundig feesten. III-3-2
feestpredicatie feestpreek: fiestpreek (Bocholt) Een feestpredikatie. [N 96B (1989)] III-3-3
fiets fiets: eine fiets (Bocholt, ... ), fiets (Bocholt, ... ), velo: eine vélo (Bocholt, ... ) fiets [ZND 44 (1946)] || Fiets. [ZND 35 (1941)] || Wat is de dialectbenaming voor een rijwiel in het algemeen [N 99 (1991)] III-3-1
fijne hagel fijne hagel: fienen hagel.  finən hàgəl (Bocholt), schrot: šrut (Bocholt) fijne hagel [sjrot, schrot] [N 22 (1963)] III-4-4
fijngebouwd fijn: fīn (Bocholt) Gezegd van een paard met dunne, fijngebouwde poten. [N 8, 64c] I-9
fijnnaaister fijne naaister: fīn nɛ̄jtstǝr (Bocholt) Naaister die fijn naaiwerk verricht. [N 62, 1c] II-7