e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Bocholt

Overzicht

Gevonden: 5095
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
communiejurkje communiekleedje: kommuniekleidsje (Bocholt) Het communiejurkje, communiekleedje voor meisjes. [N 96D (1989)] III-3-3
communiekleed communiekleed: kommuniekleid (Bocholt) Het kleed, de doek daarover [communiekleed, communiedoek]. [N 96A (1989)] III-3-3
communiepakje communiekostuumpje: kommuniekostuumke (Bocholt) Het communiepakje voor jongens [kómmelejoeënsantsoch, kómmenetseermantoer]. [N 96D (1989)] III-3-3
communieprentje communieprentje: kommunieprintsje (Bocholt) Een prentje ter herinnering aan de eerste en aan de Plechtige H. Communie, uitgereikt door de pastoor, communieprentje [kómmelejoe-nsbild]. [N 96D (1989)] III-3-3
communietaart opzetkoek: Syst. Frings  oͅp˃zɛtkōk (Bocholt) Hoog pronkgebak, opgebouwd uit roombolletjes, soesjes, of schuimpjes, met bovenop een suikeren beeldje, speciaal voor communiefeesten (opzat, opzats?) [N 16 (1962)] III-2-3
communiezang communielied: kommunieleed (Bocholt), communieliedje: kommunieleedsje (Bocholt) Het misgezang tijdens of na de communie, de communio of communiezang. [N 96B (1989)] III-3-3
compartiment coup (fr.): koepee (Bocholt) compartiment [N 102 (1998)] III-3-1
completen completen (<lat.): komplieten (Bocholt) De completen, namiddagdienst die op hoogfeesten en/of aan het einde van aanbiddingsdagen in aansluiting op de vespers werd gehouden en die vaak gevolgd werd door de lof- en dankhymne "Te Deum laudamus". [N 96B (1989)] III-3-3
compost bamdmest/beemdmest: bamt[mest] (Bocholt) Van de termen die onder de titel compost in dit lemma verenigd zijn, hebben er sommige duidelijk betrekking op de fijngemaakte compostachtige meststof, zoals die uit afval van de weide, de boomgaard, het erf bereid werd en over de weide werd gestrooid, terwijl andere meer wijzen op het moderne product van een vuilverwerkings- of composteringsbedrijf. Het eerste deel van het lemma bevat voornamelijk benamingen voor weidemest. [N 11, 22 + 27 add.; N 11A, 4d + 38 + 39; N M, 10c; monogr.] I-1
concert concert (fr.): kónzaer (Bocholt) [II.] Concert. III-3-2