e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q211p plaats=Bocholtz

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
neusgaten neuslokken: de naaslöcher (Bocholtz), naaslöger (Bocholtz) neus: neusgaten [N 10 (1961)] III-1-1
neusklem ring: reŋk (Bocholtz) Klem in de neus van een stier. [N 3A, 14d] I-11
neusriem naasriem: nāsrēm (Bocholtz) Leren riempje van het hoofdstel dat over de neus van het paard loopt. [N 13, 23] I-10
neusring snuitsring: šnutsreŋk (Bocholtz), šnøtsreŋk (Bocholtz) Ring in de neus van het varken die het wroeten moet beletten. [N 19, 26; JG 2c; mongr.] I-12
nicht nicht: nîet (Bocholtz) nicht; Bestaan er verschillende woorden voor de verschillende soorten van nichten (kinderen van ooms en tantes, kinderen van broers en zusters, achternichten?) [DC 05 (1937)] III-2-2
nier nier: neer (Bocholtz), neere (Bocholtz), nier (Bocholtz) nier [N 10 (1961)] III-1-1
niet behouden niet behouden: net behǫu̯wǝ (Bocholtz) Niet bevrucht. De koe wordt drie weken na de dekking weer tochtig. [N 3A, 32b] I-11
niet bevrucht leeg: lēx (Bocholtz) Niet bevrucht bij dekking, gezegd van de koe. [N C, 19; N C, 18] I-11
nieuwjaar nieuwjaar: neujoar (Bocholtz) 1 januari, de eerste dag van het nieuwe jaar [ni-jjaor]. [N 96C (1989)] III-3-2
nieuwjaar wensen gelukzalig nieuwjaar wensen: gelukzielig neujoar wunsje (Bocholtz) Nieuwjaar wensen, Nieuwjaar winnen, afwinnen. [N 96C (1989)] III-3-2