e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Bocholtz

Overzicht

Gevonden: 2628
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
jacquetpak jacquet (<fr.): sjekèt (Bocholtz) jacquetkostuum, bestaande uit zwarte slipjas, vest en gestreepte broek [sjeket, seket] [N 23 (1964)] III-1-3
jak bolero (<fr.): bollero (Bocholtz), jacquet (<fr.): schjekèt (Bocholtz), zielenwarmer: zielewermer (Bocholtz) damesblouse, strak om het lichaam, hoog gesloten met boordje en met lange strakke mouwen [jak, seket] [N 25 (1964)] || vrouwenjak, kort jasvormig getailleerd bovenkledingstuk [jak, baskien, bollero, zeelewermer, kasjevek] [N 23 (1964)] III-1-3
jammer spijtig: dat is sjpietsich (Bocholtz) jammer [zund] [N 07 (1961)] III-1-4
jan in de zak ketelweg: Syst. Veldeke  kesselwek (Bocholtz) Koek die in een ketel met water gekookt is (broeder?) [N 16 (1962)] III-2-3
jarig zijn jarig zijn: hè:ə is jö:ərəch (Bocholtz), jöarig (Bocholtz), verjaren: verjöare (Bocholtz) Hij is morgen jarig. [DC 02 (1932)] || Jarig. || Verjaren. III-3-2
jarretelle jarretelle (fr.): sjarretels (Bocholtz) jarretels, bandjes aan corset of gordel waaraan de kousen worden vastgeknoopt [N 24 (1964)] III-1-3
jas: algemeen jas: jas (Bocholtz), rok: rok (Bocholtz) jas in het algemeen [kölder, frak, palleto, rok, pit, kazak] [N 23 (1964)] III-1-3
jasje van het mantelpak jasje: jäsje (Bocholtz) jasje van het mantelpak [N 23 (1964)] III-1-3
jasje van het zwarte pak jasje: jäsje (Bocholtz), rokje: röksje (Bocholtz) jas van het zwarte pak, vaak kort [N 23 (1964)] III-1-3
jeugd, jongelieden jonge mensen: jòng minsə (Bocholtz) jeugd, dat is goed voor de jeugd (de jonge lieden) [ZND 36 (1941)] III-2-2