e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Borgloon

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lezen lezen: lēzə (Borgloon) lezen [ZND m] III-3-1
libel en waterjuffer kleermaker: kleermekker (Borgloon) waterjuffer, libel [ZND 34 (1940)] III-4-2
liberaal riberaal: hi iz ənə ribəraol (Borgloon) Het is een liberaal. [ZND 37 (1941)] III-3-1
lichaam lichaam: Weinig gebruikt  lichom (Borgloon), lijf: lē.əf (Borgloon) het lichaam [ZND 30 (1939)] || het lijf [ZND 30 (1939)] III-1-1
lichtbonte koe geplekkerde: gǝplękǝrdǝ (Borgloon) Zie voor de fonetische documentatie van (koe) het lemma ''koe''(3.3.1). [N 3A, 123b] I-11
lichte klei lichte leem: līxtǝ lēi̯m (Borgloon), zavelgrond: zǭvǝlgrǫnt (Borgloon) Grondsoort die bestaat uit zand en klei. Zavel is lichte klei waarin het zandgehalte 60 tot 80% kan zijn. [N 27, 43; N 27, 41] I-8
lichte nevel nevel: niffel (man.)  nefəl (Borgloon) lichte nevel die het zicht vertroebelt [donst, dook, blaok] [N 22 (1963)] III-4-4
lichte overjas demi-saison (fr.): demi-saison (Borgloon), gabardine (fr.): gabardin (Borgloon), zomerpit: zoͅumərpit (Borgloon) herenoverjas, lichte ~ [sertoe] [N 23 (1964)] III-1-3
lichtgeraakt, kregel krikkel: ook materiaal znd 28, 49  krikəl (Borgloon), krīkəl (Borgloon), lastig: ook materiaal znd 28, 49  lèstig (Borgloon) kregel [ZND 01 (1922)] III-1-4
lid van een vereniging lid: let (Borgloon), lêî.t (Borgloon), membre (fr.): ə mőmbər (Borgloon) lid [ZND m] || Lid van een vereniging. [ZND 37 (1941)] III-3-1