e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Borgloon

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rups groene rupsel: gryn rupsəl (Borgloon), koolrupsel: idiosyncr.  keulroepsels (Borgloon), rups: rups (Borgloon, ... ), rupsel: roepsel (Borgloon), rupsel (Borgloon), rupsəl (Borgloon), idiosyncr.  roepsel (Borgloon) groene rups die koolbladeren tot op de nerf afvreet [N 26 (1964)] || rups [N 26 (1964)], [Willems (1885)], [ZND 06 (1924)] III-4-2
ruw opengekipt: opgəkip (Borgloon) hoe zegt gij als in de winter de huid van uw handen of uw aangezicht ruw worden, vooral bij noordenwind ? [ZND 36 (1941)] III-1-2
ruzie maken ruzie maken: zə zen wir on ⁄t rü:zəmō.kə (Borgloon) Ze zijn weer aan het kibbelen, twisten. [ZND 36 (1941)] III-3-1
sacramentsprocessie het is processiegaans: tis pərsɛ̄səsəgons (Borgloon) Hoe heet de processie die s zondags na H. Sacramentsdag wordt gehouden? [ZND 40 (1942)] III-3-3
salueren salueren (<fr.): de soldowte moete salüwijre (Borgloon) De soldaten moeten groeten (met de hand aan de muts) [ZND 32 (1939)] III-3-1
samenspannen een complot hebben: daai twiej heume e complot (Borgloon), samenhoddelen: dai twi hudələ sōͅmə (Borgloon) Die twee heulen samen (spannen samen tegen de anderen) [ZND 26 (1937)] III-3-1
sandaal sandaal: sandal (Borgloon), səundal (Borgloon) sandaal [N 24 (1964)] III-1-3
saus saus: sààz (Borgloon) saus [RND] III-2-3
savooiekool savooi: səvoiə (Borgloon), savooikool: savoj køͅjl (Borgloon) [Goossens 1b (1960)] [N Q (1966)] I-7
schaafbank, voegbank voegbank: voegbank (Borgloon) Zware, houten balk, waarin één of twee opwaarts gerichte schaafbeitels zijn aangebracht. De schaafbank steunt aan één zijde op twee poten; de andere zijde rust op de grond. Op de schaafbank krijgt de duig zijn definitieve vorm. [N E, 18; N E, 19a; N 53, 83; A 32, add.] II-12