e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Borlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
liberaal liberaal: het is ne liberaal (Borlo) Het is een liberaal. [ZND 37 (1941)] III-3-1
lichtbonte koe geplekkerde koe: gǝplękǝrdǝ kā (Borlo) Zie voor de fonetische documentatie van (koe) het lemma ''koe''(3.3.1). [N 3A, 123b] I-11
lichte nevel nevel: nevel  nēvəl (Borlo) lichte nevel die het zicht vertroebelt [donst, dook, blaok] [N 22 (1963)] III-4-4
lichte overjas demi-saison (fr.): dəmesēzŏ (Borlo), dəmeͅ sēͅzo͂ͅ (Borlo) herenoverjas, lichte ~ [sertoe] [N 23 (1964)] || herenoverjas; inventarisatie huidige uitdrukkingen; betekenis/uitspraak [N 25 (1964)] III-1-3
lichtgeraakt, kregel kort: ook materiaal znd 28, 49  kot (Borlo) kregel [ZND 01 (1922)] III-1-4
lid van een vereniging lid: ene lid van ene bond (Borlo) Lid van een vereniging. [ZND 37 (1941)] III-3-1
lied, liedje liedje: liikə (Borlo) liedje [RND] III-3-2
liegen liegen: liegen (Borlo) liegen [ZND 25 (1937)] III-3-1
lies lies: lē̜i̯s (Borlo), līs (Borlo) De twee huidplooien die de grens vormen tussen het onderste gedeelte van de buik en het bovenste gedeelte van het been. Zie afbeelding 2.28. [JG lb; N 8, 32.10] || Het vel of vlies rond een windei. [JG 1b, 1c, 2c] I-12, I-9
lieveheersbeestje lievevrouwbeestje: leͅvəvroͅu̯bīəskə (Borlo), onzelievevrouwbeestje: ook in ZND 16, 006  onzelievevrouwbeestje (Borlo) lieveheersbeestje [DC 49 (1974)], [ZND 05 (1924)] III-4-2