e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Borlo

Overzicht

Gevonden: 2106
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
jongensblouse blouson (fr.): blusŏ (Borlo) jongensblouse, ruime bovenkledingstuk met band of elastiek in de taille [N 23 (1964)] III-1-3
jumper golf: goͅləf (Borlo), korte paletot (fr.): koͅtə pa.ltoͅu (Borlo) damestrui, kledingstuk zonder knopen [N 23 (1964)] || jumper, damesvest met mouwen en knopen [N 23 (1964)] III-1-3
jurk kleed: e blauw klied (Borlo), vroͅulikīət (Borlo) blauw kleed [ZND 32 (1939)] || jurk, japon, kleed van een vrouw [pon] [N 24 (1964)] III-1-3
kaakbeen(rand) rakel: au"zoals in fr. dans.  rankels (Borlo) Welk woord gebruikt men in Uw dialect ter aanduiding van het benige gedeelte van het hoofd, waarin de tanden en de kiezen zitten? Hoe spreekt men het uit? [Lk 05 (1955)] III-1-1
kaal duivenjong kaal jong: kōͅəljøͅŋk (Borlo) Kaal duivejong. [Goossens 1b (1960)] III-3-2
kaantjes kaaitjes: koikəs (Borlo) kanen [Goossens 1b (1960)] III-2-3
kaars kaars: kas (Borlo) kaars [RND] III-2-1
kaarten (ww.) kaartspelen: koͅ:t spiilə (Borlo) kaarten [RND] III-3-2
kaas kaas: kééəs (Borlo) kaas [RND] III-2-3
kaatsen kwatselen: kwaitsələ (Borlo) kaatsen [RND] III-3-2