e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L428p plaats=Born

Overzicht

Gevonden: 2920
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
getalzijde van een geldstuk munt: munt (Born) De getalzijde van een geldstuk [letter, oppers, munt]. [N 88 (1982)] III-3-2
getob; tobben gesukkel: gesukkel (Born) het getob om iets gedaan te krijgen [gevil, vilderij, plagerij, gesukkel] [N 85 (1981)] III-1-4
getrouwde vrouw getrouwd vrouwmens: gətraowt fraoməs (Born) getrouwde vrouw; een - - moet kunnen naaien [RND] III-2-2
getuige getuige: getúge (Born) iemand die voor de rechter een verklaring aflegt over te bewijzen feiten [toon, getuige] [N 90 (1982)] III-3-1
getuige zijn getuigen: getuige (Born) getuige zijn bij een huwelijk [getuigen zijn, bronken] [N 87 (1981)] III-2-2
getuigenis getuigenis: getŭgenis (Born) de verklaring die men als getuige aflegt over een persoon of een zaak [toon, getuige, getuigenis] [N 90 (1982)] III-3-1
gevangenis petoet: Van Dale: petoet, (sold., Barg.) cel, gevangenis.  pe’toet (Born) de gevangenis [cachot, nor, partoet, speentje, grawoel, ren] [N 90 (1982)] III-3-1
gevoelig (zijn) gevoelig: gevuilig (Born) Gevoelig: vatbaar voor, reagerend op gewaarwordingen bijv. pijn (gevoelig). [N 84 (1981)] III-1-1
gevoelloos (zijn) gevoelloos: geveulloos (Born) Gevoelloos: geen gevoel hebben, geen pijn voelen (dood, gevoelloos). [N 84 (1981)] III-1-1
geweer geweer: geweir (Born) een draagbaar vuurwapen bestemd om door één persoon met twee handen bediend te worden, ongeveer 1 à 1 1/2 meter lang [geweer, bunkje] [N 90 (1982)] III-3-1