e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Born

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vee beesten: bēɛstǝ (Born), vee: vēǝ (Born) Alle huisdieren samen: paarden, runderen en kleinvee. Vergelijk het lemma ''veestapel'' (13.12) in deze aflevering. [A 11, 4; JG 1a; RND 4, 31; RND 7, 31; RND 8, 31; RND 10, 31; Wi 52; N C, add.; Vld.; monogr.] I-11
veel drinken leuteren: leuteren (Born) drinken; Hoe noemt U: Veel en met graagte drinken (loeriën, leerzen) [N 80 (1980)] III-2-3
veel te wijde broek te wijd zijn: te wiet (Born), vollige boks: völlige bŏks (Born) een broek voor een gezet figuur [N 59 (1973)] || een veel te wijde broek [N 59 (1973)] III-1-3
veelvraat vreetzak: vrèètzak (Born) veelvraat; Hoe noemt U: Iemand die gulzig is, gulzigaard (vraat, fretter, veelvraat, doorjager) [N 80 (1980)] III-2-3
veer veer: véér (Born) veer: elk der huidbekleedsels van een vogel bestaande uit een buisje dat aan weerszijden baarden en baardjes draagt (pluim, veer) [N 83 (1981)] III-4-1
veerpont veer: vëër (Born) het vaartuig dat dient om voertuigen, personen enz. over een rivier te voeren [pont, veer, pomp, overzet, overzetter, overlaat, vlot] [N 90 (1982)] III-3-1
veger veger: vę̄gǝr (Born) Kunstzwerm bij het kastimkeren, samengesteld uit koningin en jonge bijen. In plaats van de koningin te zoeken veegt men bij deze methode al de bijen van de ramen in een lege kast, waarin dan de nodige ramen gehangen worden. De vliegbijen zullen de veger verlaten en terugkeren naar de oude staanplaats. Zo blijven alleen de koningin en de zeer jonge bijen in de nieuwe kast. De oude kast zal, wanneer zij de moerloosheid vaststelt, koninginnendoppen aanzetten om het oude peil opnieuw te bereiken (Eeckhout, pag. 148). [N 63, 92b; N 63, 37e] II-6
veld, open land veld: veldj (Born) veld, open land buiten de steden en dorpen, voor akkerbouw [pals] [N 81 (1980)] III-4-4
veldfles veldfles: veldjfles (Born) een fles die men op mars meeneemt om er onderweg uit te kunnen drinken [veldfles, bobbelke] [N 90 (1982)] III-3-1
veldleeuwerik, leeuwerik leeuwerik: leeuwerik (Born), liewerk: leeuwerk (Born) Hoe heet de veldleeuwerik? [DC 06 (1938)] || leeuwerik [Roukens 03 (1937)] III-4-1