e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Boukoul

Overzicht

Gevonden: 1309
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
donderbeestje hommelbeestje: hommelbeesjes (Boukoul), hommelwormpje: hommelwurmkes (Boukoul) donderbeestje: Kent u in uw dialect een woord om de zeer kleine zwarte beestjes aan te duiden die mij naderend onweer ploseling op de mens komen zitten? [N100 (1997)] III-4-2
donderen hommelen: hómmelen (Boukoul) donderen [hommelen] [N 22 (1963)] III-4-4
donderwolk dikke lucht met hommelkoppen: ’n dieke lóch mit hómmelköp (Boukoul) zware wolken die onweer brengen [donderkoppen, -bloesem] [N 22 (1963)] III-4-4
donderx hommel: hómmel (Boukoul) donder [N 22 (1963)] III-4-4
donker worden, duisteren grauw worden: ’t begint grauw te wèère (Boukoul) schemering, de overgang van licht naar donker [grouwe, griebelegrouwe] [N 22 (1963)] III-4-4
donker, duisterx donker: (minder donker dan dËË.ster).  dó.nkel (Boukoul), duister: dūū.ster (Boukoul) donker [donkel, duuster, domp] [N 06 (1960)] III-4-4
dooien t slaakt]: deujen (Boukoul), ’t wèèr geit aaf (Boukoul) dooien [t weer gaat af [N 22 (1963)] III-4-4
door water het lopen met schoeisel aan klossen: i.e. op klompen lopen. B.v. hèè. koom veurbie.j geklósse op zienn klu.mp.  klósse (Boukoul) lopen, gaan; inventarisatie uitdrukkingen; betekenis/uitspraak [N 10 (1961)] III-1-2
doorschieter doorschieter: dōršētǝr (Boukoul) Aardappelstruik waaraan zich door overmatige groei steeds nieuwe scheuten en aardappeltjes vormen. [N 12, 9; monogr.] I-5
dopen soppen: soppe (Boukoul) indopen van het brood b.v. in de koffie: soppen [N 08 (1961)] III-2-3