e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Bree

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
drijftol gromdop: gromdop (Bree), ijsdop: iesdop (Bree), poppernel: popernel (Bree), poͅpərneͅl (Bree, ... ), Een dop is een priktol.  pòppernêl (Bree) 1. Een paddestoelvormige draaitol, waarvan het bovendeel gegleufd is. || Drijftol (speeltuig door middel van een zweep door kinderen gedreven). [ZND 16 (1934)] || Een drijftol (bij middel van een zweep gedreven). [ZND B1 (1940sq)] || Hoe noemt men het kinderspeelgoed dat paddestoel- of kegelvormig is en dat met een zweep wordt voortgedreven? [Lk 03 (1953)] III-3-2
drijfzand drijfzand: dri-jfzand (Bree) drijfzand, met water verzadigd zand dat rustig ligt maar waarin alles wegzakt wat er druk op uitoefent [drijf, drift, vloei, papieren zolder] [N 81 (1980)] III-4-4
dringen dringen: dréŋen (Bree), duwen: dywə (Bree) dringen [ZND m] || niet dringen ! [ZND 33 (1940)] III-1-2
drinkbak voor de kippen drinkbak: dreŋkbak (Bree) De drinkbak voor de kippen in het kippenhok. [A 48, 16c] I-6
drinkbak voor de koeien koetrog: køu̯trűx (Bree), trog: trűx (Bree) Uit een aantal benamingen wordt niet duidelijk om welke soort van drinkbak het gaat: los of vast, ouderwets of modern. Andere benamingen geven aan uit welk materiaal de bak vervaardigd is. [L 38, 33; monogr.; add. uit N 5A, 37a; A 10, 10] I-6
drinkbeker aarden pot: ps: alleen de è is letterlijk omgespeld  èrdəpoͅt (Bree), bierpot: bērpoͅt (Bree, ... ), drinkpot: dreŋkpoͅt (Bree), koffiepot: koͅfipoͅt (Bree), melkpot: møͅlekpoͅt (Bree), pot: bijvoorbeeld beer- (bier)  pot (Bree) drinkbeker, aarden of stenen ~; inventarisatie benamingen; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] III-2-1
drinken drinken: drenken (Bree), dreͅŋkə (Bree), dré.ŋken (Bree), lessen: lösse (Bree) drinken [Willems (1885)], [ZND m], [ZND m] || drinken; Hoe noemt U: De dorst doen ophouden (lessen, blussen, verslaan) [N 80 (1980)] III-2-3
drinken bij de zeug zuiken: zukǝ (Bree), zøu̯kǝ (Bree) Het zuigen of drinken bij de zeug, gezegd van de big. [N 19, 21a] I-12
drinkglas drinkglas: drinkglaas  drinkglaas (Bree), glas: glaas (Bree, ... ), glas (Bree), glās (Bree, ... ), kapper: kapər (Bree), pint: pentš (Bree), pējntš (Bree), pintje: pentšə (Bree) drinkglas [RND] || drinkglas zonder voet [N 20 (zj)] || glas [ZND 35 (1941)] III-2-1
drinkglas met voet bierglas: bērglās (Bree), kapper: kapər (Bree), kappertje: Vèè bestöldzjen òs èè kepperke ruje wi-jn bi-j het ète  kepperke (Bree), roemer: rumər (Bree), (wi-jn) romertje  rîêmerke (Bree), roemertje: Vèè bestöldzjen òs allebei èè riêmerke ruje wi-jn  riêmerke (Bree) drinkglas met een voet (kapper, kopper(tje)) [N 20 (zj)] || klein glas, al dan niet op voet, met als inhoud kwart liter || roemertje III-2-1