19505 |
kastplank |
bred:
briêd (L360p Bree),
plank:
plaŋk (L360p Bree),
schap:
šāp (L360p Bree)
|
legplank || plank in een kast [DC 44 (1969)]
III-2-1
|
19826 |
kat |
kat:
kát (L360p Bree),
Bree Wb.
kat (L360p Bree),
poes:
(sleeptoon)
pûs (L360p Bree)
|
Hoe noemt u een kat (poes, mies, kat, balkhaas, zandhaas, marol) [N 83 (1981)] || kat [Goossens 1b (1960)] || poes
III-2-1
|
22311 |
katapult |
flits:
flits (L360p Bree),
katapult:
Syn. flits. Het woord word ook wel eens verdraaid tot katteprul.
kattepult (L360p Bree),
kattenprul:
Sub kattepult: Het woord word ook wel eens verdraaid tot katteprul.
katteprul (L360p Bree)
|
Katapult als kinderspeelgoed waarmee o.m. steentjes weggeschoten werden. || Katapult.
III-3-2
|
28768 |
katoen |
katoen:
kǝtūn (L360p Bree)
|
Uit katoendraden geweven stof. Leverancier van de katoendraad is een kruid-, struik- of boomachtige plant ø̄voor het grootste deel verbouwd in Noord-Amerika, Zuid-Amerika, Egypte (macco of mako), Oost-Indië, China, Ethiopië en Ruslandø̄ (Bonthond, s.v. ø̄katoenø̄). [N 62, 85; N 62, 77; N 62, 75c; N 59, 201; MW; L 1a-m; L 27, 73; L 41, 40a; S 17; monogr.]
II-7
|
33453 |
kattegat |
kattegat:
katǝgāt (L360p Bree),
loopgat:
lő̜u̯p˲gāt, lø̜i̯p˲gāt (L360p Bree)
|
Een al dan niet afgeschermde opening onder in de schuurpoort die katten in staat stelt om de schuur in te gaan om muizen en ratten te vangen. Blijkbaar wordt deze opening ook door kippen gebruikt. [N 4A, 42i; monogr.]
I-6
|
24786 |
kattekruid |
kattekruid:
Bree Wb.
kattekrûd (L360p Bree)
|
Kattekruid (nepeta cataria 40 tot 100 cm grote plant. De stengels staan rechtop en zijn dicht behaard; de bladeren zijn eivormig spits, de bladrand is gekarteld of getand; de bloemen staan in lange trossen aan het eind van de stengel en in gesteelde zij [N 92 (1982)]
III-4-3
|
24662 |
kattenstaart |
kattenstaart:
Bree Wb.
kattestart (L360p Bree)
|
Kattestaart (lythrum salicaria 50 tot 150 cm grote plant. De stengels staan rechtop, zijn kantig en zijn meer of minder behaard; de bladeren zijn tegenoverstaand of in kransen en lancetvormig. De bloemen groeien in lange aren, zijn 6-tallig en purperroo [N 92 (1982)]
III-4-3
|
20076 |
kattenstaartamarant |
kattenstaart:
Bree Wb.
kattestart (L360p Bree)
|
Kattestaart amarant (amaranthus caudatus). Bloemen in lange, donkerrode of gele, later sierlijk overhangende aren. De bladeren zijn smal eivormig en spits (kattestaart, lammestaart, vossestaart, hazeklauw). [N 92 (1982)]
III-2-1
|
24179 |
kauw |
tauw:
kleinste soort kraai
tauw (L360p Bree),
tauwtje:
tauwke (L360p Bree)
|
kauw || kerkkauw [ZND 27 (1938)]
III-4-1
|
20488 |
kauwen |
kauwen:
kauwe (L360p Bree)
|
kauwen; Hoe noemt U: Voedsel met de tanden en kiezen fijnmaken (kauwen, knauwen) [N 80 (1980)]
III-2-3
|