25003 |
vlak, gelijk |
vlak:
vlek (L434a Broeksittard)
|
vlak [SGV (1914)]
III-4-4
|
34378 |
vleiwoord voor het varken |
kuus:
kuš (L434a Broeksittard)
|
[VC 14, 2c v]
I-12
|
22375 |
vlieger |
draak:
draok (L434a Broeksittard)
|
vlieger (speeltuig) [SGV (1914)]
III-3-2
|
24392 |
vlinder |
pepel:
pepel (L434a Broeksittard, ...
L434a Broeksittard),
pēpel (L434a Broeksittard)
|
vlinder [Roukens 03 (1937)], [SGV (1914)] || vlinder, algemeen [DC 18 (1950)]
III-4-2
|
21395 |
vloeken |
vloeken:
vlooke (L434a Broeksittard)
|
vloeken [SGV (1914)]
III-3-1
|
27185 |
vloer |
vloer:
vlūr (L434a Broeksittard)
|
Zie voor het woordtype 'beleg' ook RhWb V, k. 301, s.v. 'Beleg': ø̄Fussboden aus Steinbelagø̄. Volgens Jongeneel (Heerlens Woordenboek, pag. 19) maakten de boeren uit de omgeving van Heerlen steenharde, waterdichte vloeren van zand, kalk of cement en kolensintels. [S 41; N 54, 128; monogr.; Vld.]
II-9
|
18217 |
vod |
lommel:
lommel (L434a Broeksittard),
lommele (L434a Broeksittard)
|
vod [SGV (1914)] || vodden [SGV (1914)]
III-1-3
|
21396 |
voddenkoopman |
lommelenkramer:
lommelekraemer (L434a Broeksittard)
|
voddenkoopman [SGV (1914)]
III-3-1
|
34280 |
voer |
voer:
vōr (L434a Broeksittard)
|
Veevoer. De samenstelling van dit voer is vevarieerd. Afval van hooi en stro, wortels van gras en graan, soorten zaad, zemelen en meel kunnen ingrediënten zijn. [N 5A II, 64a en 64b; RND 97; S 41; L 28, 45; JG 1d; monogr.]
I-11
|
33385 |
voergang in de paardestal |
voerij:
vrī (L434a Broeksittard)
|
De gang, soms ook een grotere ruimte, in de paardestal vanwaaruit de paarden gevoerd worden. In de voergang sliep vaak de paardeknecht en stond de kist met haver en/of haksel (soms onder het bed van de knecht, Q 154). De voergang als slaapplaats van de knecht werd soms tot een apart vertrek in de paardestal. Als de knecht op zolder sliep, kon deze zolder ook wel met voederij aangeduid worden (Q 111). Zie ook de toelichting bij het lemma "slaapplaats van de knecht bij het vee" (2.3.10) en de daar genoemde lemmata. [N 5A, 59a en 59f; S 50; monogr.]
I-6
|