e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q035p plaats=Brunssum

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
sjerp sjerp: scherp (Brunssum), sjerp (Brunssum), sjérp (Brunssum) sjerp, brede sierband met strik, gedragen om het middel of over een schouder [N 23 (1964)] III-1-3
sjoelen sjoelen: sjoelen (Brunssum) Het spel waarbij gebruik gemaakt wordt van een lange bak, aan het ene eind open en met aan het andere eind vakjes waarin schijven schuivend geworpen moeten worden [sjoelbakken, sjoelen, bakken]. [N 88 (1982)] III-3-2
slaan slaan: bontj ɛn blaouw Xəsjlāgə (Brunssum), slaon dich om dien oare (Brunssum), slòan dich om de oeərə (Brunssum), šloa (Brunssum, ... ) bont en blauw geslagen [RND] || ik sla je (met de potlepel) om je oren [DC 03 (1934)] || slaan [DC 02 (1932)], [SGV (1914)] III-1-2
slaap slaap: schloap (Brunssum), sjlaop (Brunssum) Slaap: de behoefte aan volkomen rust van de zintuigen en het bewust zijn (slaap, vaak). [N 84 (1981)] III-1-2
slaapbol papaver: papaver (Brunssum) Papaver somniferum L. [DC 48 (1973)] III-4-3
slaapmuts slaapmuts: sjlaopmutsch (Brunssum), slaopmutsch (Brunssum) slaapmuts [pietermöts [N 25 (1964)] III-1-3
slabbetje, spuugdoekje zeverlapje: zeiverlepke (Brunssum), zeverlepke (Brunssum) slabje, morsdoekje voor kinderen [slabbertje, slabberlepke, zeiverlepke, slepke, bavet(sje) [N 25 (1964)] III-2-2
slachten slachten: šlaxtǝ (Brunssum) Doden van vee met de bedoeling het als voedsel te gebruiken. Wat het woordtype "dooddoen" betreft, merken verschillende informanten (in K 353, P 50, P 177, P 179, P 180, P 185) op, dat het verouderd is. [JG 1a + 1b + 2c: R 14, 231 add.; S 33; monogr.] II-1
slachtklaar slachtvet: slaxvɛt (Brunssum) Bij het lezen van dit lemma moet men beseffen dat het begrip "slachtklaar" door de respondenten verschillend opgevat kan zijn. De betekenis kan zijn "vet genoeg om geslacht te worden" of "gereed staande voor de slachter of het slachthuis". [N 3a, 78] II-1
slachtrijp slachtvet: slaxvɛt (Brunssum) Vet genoeg om geslacht te worden, gezegd van het mestkalf. [N 3A, 78] I-11