25561 |
te lang gerezen deeg |
te lang gegangen:
tǝ laŋ gǝgaŋǝ (Q035p Brunssum),
uitgejaagd:
utgǝjāxt (Q035p Brunssum)
|
Bij veel antwoorden wordt het zelfstandig naamwoord "deeg" o.i.d. niet gegeven. [N 29, 26b; monogr.]
II-1
|
25566 |
te nat |
gezet:
tǝ nāt gǝzat (Q035p Brunssum),
klets brood:
klɛts bruǝt (Q035p Brunssum),
knetsig:
knɛtsex (Q035p Brunssum),
te nat:
tǝ nāt (Q035p Brunssum)
|
Gezegd van deeg. In dit lemma komen verschillende grammaticale categorieën voor. [N 29, 29b; monogr.] || Het lemma valt uiteen in verschillende grammaticale categorieën. De eerste categorie benamingen is bijvoeglijk van aard. De tweede groep bestaat uit opgaven die een zelfstandigheid aanduiden en de derde groep bestaat uit werkwoorden. [N 29, 67; monogr.]
II-1
|
17680 |
teen |
teen:
tien (Q035p Brunssum, ...
Q035p Brunssum),
tiene (Q035p Brunssum),
tèen (Q035p Brunssum)
|
teen [SGV (1914)] || teen (toon) [DC 01 (1931)] || tenen [SGV (1914)]
III-1-1
|
22429 |
tegen de bal schoppen |
stampen:
sjtampe (Q035p Brunssum)
|
Tegen de bal schoppen in het voetbalspel [schoppen, trappen]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
28349 |
tegencilinder |
tegencilinder:
tēgǝsilendǝr (Q035p Brunssum
[(Emma / Hendrik / Wilhelmina)]
[Willem-Sophia])
|
De tegencilinder van de schudgootmotor. De invuller uit Q 15 merkt daarover op dat de tegencilinder alleen een luchtinlaat had. De lucht werd dus gecomprimeerd bij de optrekkende slag van de motor en gaf tegendruk om het geheel weer in de beginstand te brengen wanneer de motor de neergaande slag maakte. Soms werd een tegenmotor gebruikt als tegencilinder. De opgaven "bletser" van dezelfde respondent is terug te voeren op het feit dat zo''n tegencilinder een keffend geluid maakte. [N 95, 629; N 95, 613]
II-5
|
21210 |
telefoon |
telefoon:
tillnfoon (Q035p Brunssum)
|
het toestel om de menselijke stem over te brengen [telefoon] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21211 |
telefooncel |
telefooncel:
tillnfooncel (Q035p Brunssum)
|
het kleine vertrek van waaruit men kan telefoneren [telefooncel, cel] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21208 |
telegram |
telegram:
tillugram (Q035p Brunssum),
ontleend
tillegram (Q035p Brunssum)
|
een per telegraaf overgebracht bericht [telegram, draadbericht] [N 90 (1982)] || telegram [SGV (1914)]
III-3-1
|
32965 |
telen, verbouwen |
trekken:
trekǝ (Q035p Brunssum)
|
Het voor gebruik tot ontwikkeling brengen van een gewas. Zie ook de meer specifieke lemma''s ''zaaien'' (2.1) en ''poten, planten'' in aflevering I.5. Voor twachten zie Rutten, Haspengouwsch Idioticon 239: "winnen van zaad". [N Q, 9; L 1 a-m; S 20; Wi 43; monogr.]
I-4
|
18840 |
teleurgesteld (worden) |
sneu:
schneŭ (Q035p Brunssum)
|
in zijn verwachtingen bedrogen uitkomend, teleurgesteld [sneu, snul, bedonderd, beteuterd] [N 85 (1981)]
III-1-4
|