e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q035p plaats=Brunssum

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vlekziekte brand: branjtj (Brunssum), vlekkenvuur: vlɛkǝvȳr (Brunssum) Vlekziekte wordt veroorzaakt door een bacterie. De ziekte gaat gepaard met hoge koorts; op de huid tekenen zich rode en soms donkerblauwe vierkante of ruitvormige vlekken af (WBD I.6, blz. 854). [N 19, 27a; N 19, 27b; N 52, 19; N 76, 57; A 48a, 32; monogr.] I-12
vleugel vleugel: vluegel (Brunssum) vleugel: elk der beide lichaamsdelen van vogels die hun tot vliegen dienen (wiek, zwing, vlerk, vleugel) [N 83 (1981)] III-4-1
vliegen, weven van een vlieg zwermen: WLD  schwermūn (Brunssum) Hoe noemt u draaiende bewegingen maken om iemands hoofd, gezegd van een vlieg of mug (weven) [N 83 (1981)] III-4-2
vlieger windvogel: windjvoegel (Brunssum), oe v. voer  wintjvoegel (Brunssum) Het speelgoed bestaande uit een licht gestel, met papier bespannen, dat aan een lang touw in de lucht opgelaten wordt [vlieger, boog, draak, beugel, vliegaard, vliegerd]. [N 88 (1982)] || vlieger (speeltuig) [SGV (1914)] III-3-2
vliegtuig vliegmachine: vleegmuschien (Brunssum) het toestel waarmee men kan vliegen [vliegtuig, vliegmachine, vlieger] [N 90 (1982)] III-3-1
vliegveld vliegveld: vleegveldj (Brunssum) het grote, effen terrein met verharde banen van waaraf vliegtuigen kunnen opstijgen en waar zij weer kunnen landen [vliegveld, vliegplein] [N 90 (1982)] III-3-1
vlier vlier: -  vleer (Brunssum) vlierboom (sambucus nigra L.) [DC 13 (1945)] III-4-3
vlinder pepel: peepel (Brunssum, ... ), pi.əpəl (Brunssum), pieëpel (Brunssum), piəpəl (Brunssum), pépel (Brunssum), ie v pier  piepel (Brunssum) vlinder [GV Gr (1935)], [Roukens 03 (1937)], [SGV (1914)], [ZND 18G (1935)] || vlinder, pepel [RND] III-4-2
vlinderdasje kravat (<fr.): [sic - 1 v.d. 3 informanten; overige 2: kravat stropdas]  kravat (Brunssum), nondejuke: nondedjuuke (Brunssum), strikje: sjtrikske (Brunssum) vlinderstropdas [nondejuuke, striekske] [N 23 (1964)] III-1-3
vlo (enk.) vlo: vlôê (Brunssum, ... ), oe v. broer  vloe (Brunssum) mensenvlo [N 26 (1964)] || vlo (znw enk) [foekket, zjwarte riejer] [N 26 (1964)] || vloo [SGV (1914)] III-4-2