22899 |
vuurtje stoken |
vonkelen:
vunkele (Q035p Brunssum)
|
Vuurtje stoken.
III-3-2
|
25508 |
vuurvaste tegels |
tegels:
tīgǝls (Q035p Brunssum)
|
De vuurvaste tegels waaruit de ovenvloer bestaat. [N 29, 4b; monogr.]
II-1
|
25125 |
waaienx |
vliegen:
vleege (Q035p Brunssum),
winden:
⁄t winjde (Q035p Brunssum),
)t winjt).
winje (Q035p Brunssum)
|
het waaide [SGV (1914)] || waaien [SGV (1914)]
III-4-4
|
18860 |
waarderen |
waarderen:
waardĕĕru (Q035p Brunssum)
|
op de juiste of op hoge waarde schatten, op prijs stellen [waarderen, tellen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
21457 |
waarschuwen |
waarschuwen:
waschowe (Q035p Brunssum, ...
Q035p Brunssum)
|
waarschuwen [SGV (1914)]
III-3-1
|
21589 |
wacht |
wacht:
wach (Q035p Brunssum)
|
de taak om de kazerne te bewaken [vigilantie, wacht, faction] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
20440 |
wachthouden bij een dode |
waken:
waakn (Q035p Brunssum)
|
wachthouden bij een dode [waken] [N 87 (1981)]
III-2-2
|
20740 |
wafel |
wafel:
waffel (Q035p Brunssum),
waffele (Q035p Brunssum)
|
wafel [SGV (1914)] || wafels [SGV (1914)]
III-2-3
|
32188 |
wagenmaker |
drechsler:
dęxslę (Q035p Brunssum
[(woord werd tot rond 1900 gebruikt)]
)
|
De algemene benaming voor de vakman die karren, wagens en wielen vervaardigt en herstelt. Het woord stelmaker was ook bekend bij de respondenten uit Tegelen (L 270), Weert (L 289), Neer (L 294), Montfort (L 382), Limbricht (L 434), Genhout (Q 19b), Doenrade (Q 27), Oirsbeek (Q 33), Maastricht (Q 95) en Klimmen (Q 111). Het werd in de dialecten van die plaatsen echter niet gebruikt. Sommige zegslieden merkten ervan op dat het woord alleen in het zuiden van Nederlands-Limburg in plaatsen langs de Duitse grens gebruikelijk was. Reparaties aan de houten onderdelen van karren en wagens konden niet alleen door de wagenmaker, maar ook door de timmerman/schrijnwerker worden uitgevoerd. Zegslieden uit de volgende plaatsen gaven dit antwoord: Nederweert (L 288), Helden (L 291), Heythuysen (L 292), Bocholt (L 317), Horn (L 325), Bree (L 360), Gerdingen (L 360a), Gruitrode (L 366), Kessenich (L 370), Maasbracht (L 377), Montfort (L 382), Meeswijk (L 424), Stein (Q 15), Geleen (Q 21), Schinnen ( 32), Nuth (Q 36), Amby (Q 102), Berg en Terblijt (Q 103), Margraten (Q 192) en Vijlen (Q 208). Defecte metalen onderdelen van karren en wagens werden doorgaans door de plaatselijke smid hersteld. Dit was het geval in: Blerick (L 269), Houtblerick (L 269a), Tegelen (L 270), Venlo (L 271), Helden (L 291), Heythuysen (L 292), Urmond (Q 14), Stein (Q 15), Schinveld (Q 30), Brunssum (Q 35), Maastricht (Q 95), Sibbe (Q 101a), Amby (Q 102) en Wittem (Q 204). In Waubach (Q 117a) werd dit werk door een bankwerker gedaan. Die noemde men schlosser (šlø̜sǝr). Zie ook het lemma ɛkoudsmidɛ in wld II.11, pag. 2.' [N G, 1a; N G, 2; Lu 5, 18a-b; A 27, 18a-b; RND 77; L 34, 18; monogr.]
II-12
|
28282 |
wagens aftrekken |
[wagens] aftrekken:
āftrękǝ (Q035p Brunssum
[(Emma / Hendrik / Wilhelmina)]
[Oranje-Nassau I, Oranje-Nassau II, Oranje-Nassau III, Oranje-Nassau IV])
|
Wagens van de liftkooi aftrekken. De opgave "afboksen" uit Q 117 duidt erop dat op de mijnen Oranje-Nassau II, Emma en Hendrik met een "bokser" werd gewerkt (zie het lemma Wagenduwer). [N 95, 680; monogr.]
II-5
|