e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q035p plaats=Brunssum

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
wind (alg.) wind: wintj (Brunssum) wind [SGV (1914)] III-4-4
winderig weer winderig (weer): winjərich (Brunssum), windig (weer): winjig (Brunssum) winderig [SGV (1914)] || winderig, gezegd van het weer [zuchtig] [N 81 (1980)] III-4-4
windstilte bladstil (weer): blààtsjtil (Brunssum) windstilte, toestand dat er geen wind is [blakte] [N 81 (1980)] III-4-4
winkel winkel: winkul (Brunssum) het huis of een gedeelte van een huis waar koopwaren in het klein worden verkocht [winkel, nering, doening] [N 89 (1982)] III-3-1
winkelhaak winkelhaak: weŋkelhǭk (Brunssum), winkelhoak (Brunssum) Rechthoekige scheur in een kledingstuk. Een mogelijk verklaring van het woordtype vijf (c.q. fünf) geeft het WNT (XXI, pag. 536 s.v. ɛvijfɛ 4): ø̄Wat den vorm heeft van een cijfer ɛvijfɛ. Gewest. in het Zuiden als ben. voor een winkelhaak (scheur), die aan een Romeinse V doet denkenø̄.' [N 59, 192b; N 62, 43b; N 62, 43c; Gi 1.IV, 11; MW; S 44; monogr.] || winkelhaak [SGV (1914)] II-7, III-1-3
winnen winnen: (w)ine (Brunssum) winnen [GTRP (1980-1995)] III-3-2
winning vordering: vø̄rdǝreŋ (Brunssum  [(Emma / Hendrik / Wilhelmina)]   [Domaniale, Wilhelmina]) De werken die rechtstreeks betrekking hebben op het winnen van de kolen, dit in tegenstelling tot de voorbereidende en ontsluitende werken. [N 95, 201; N 95, 172; Vwo 19; Vwo 25; Vwo 32; Vwo 316; Vwo 563; Vwo 864] II-5
winst winst: wins (Brunssum) de opbrengst boven de kosten [winst, voordeel, bonheur, beneficie, rabat, avetje] [N 89 (1982)] III-3-1
winterkleren winterkleren: wintjerkleijer (Brunssum), wintjerkléejre (Brunssum), wintjerkléjer (Brunssum), wintjerklîer (Brunssum) winterkleren [N 23 (1964)] || Winterkleren. [DC 62 (1987)] III-1-3
winterkoninkje koninkje: köninske (Brunssum), winterkoning: winjtərkeuning (Brunssum), winterkoninkje: winjterkūūninkske (Brunssum) Hoe heet de winterkoning? [DC 06 (1938)] || winterkoning (9,5 overal bekend; klein beweeglijk bruin bolletje met opstaand wiebelstaartje; maakt bolnest met zijopening; veel jongen; zang leuk liedje, ook s winters [N 09 (1961)] III-4-1