e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Brunssum

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
leunstoel grote stoel: grūtə štōl (Brunssum) leuningstoel [SGV (1914)] III-2-1
leurder kramer: kriëmer (Brunssum) leurder; Hoe werd de man genoemd die dat deed? [DC 48 (1973)] III-3-1
leuren leuren: leure (Brunssum) leuren; Kent u een oud woord voor te voet met de handelswaar langs de huizen gaan van deur tot deur zoals bijvoorbeeld marskramers en ketellappers deden? [DC 48 (1973)] III-3-1
levend vlees onder de huid leven, het -: laeve (Brunssum), vlees: vleesj (Brunssum) levend vlees onder de huid [t leeve] [N 10 (1961)] III-1-1
lever lever: laever (Brunssum) lever [leevert, lijver, livvere] [N 10 (1961)] III-1-1
leverworst leverworst: lèverwowsj (Brunssum), lèverwōēsj (Brunssum), lééəvərwōēəsj (Brunssum), varkens en kalfslever  laiverwoosj (Brunssum) leverworst [N 06 (1960)] || leverworst; Hoe noemt U: Worst met lever als hoofdbestanddeel (lol, leverworst, leverpens) [N 80 (1980)] III-2-3
libel en waterjuffer juffer: juffer (Brunssum), snijder: sjnieder (Brunssum, ... ) libel, alg. [DC 27 (1955)] || libel, grote soort, ong. 7 cm, bruinachtig [DC 27 (1955)] || libel, kleine soort, ong. 5 cm, met blauwe en zwarte banden [DC 27 (1955)] III-4-2
lichaam huid: hōēt (Brunssum), lichaam: lichaam (Brunssum), lijf: lief (Brunssum), līēf (Brunssum), lîêf (Brunssum) buik (lijf) [DC 01 (1931)] || lichaam [N 10 (1961)], [SGV (1914)] III-1-1
lichaamskracht macht: macht (Brunssum, ... ) lichaamskracht (kracht die een zieke geleidelijk verspeelt) [macht, maacht] [N 10 (1961)] III-1-2, III-1-4
lichaamsvocht leewater: leejwater (Brunssum), lijwater (Brunssum) leewater [SGV (1914)] || lichaamsvocht (dat zich bijv. in de gewrichten bevindt) [N 10 (1961)] III-1-2