21985 |
in goede conditie (zijn) |
in vorm (zijn):
ze is in vorm (L426p Buchten)
|
Hoe zegt men van een duif: ze is in goede conditie? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
27867 |
inbraak, stopmijnen |
inbraak:
inbraak (L426p Buchten
[(Maurits)]
[Maurits])
|
De schietgaten die in het midden van het schietfront liggen. De schoten worden dusdanig geplaatst dat uit het front een wigvormig stuk wordt geschoten om de werking van de latere schoten te vergemakkelijken. [N 95, 800; N 95, 431; N 95, 435; monogr.; Vwo 170, Vwo 393; Vwo 752]
II-5
|
28396 |
industriekool |
gaskolen:
gāskoalǝ (L426p Buchten
[(Maurits)]
[Maurits]),
gasvlamkolen:
gāsvlamkǭlǝ (L426p Buchten
[(Maurits)]
[Maurits]),
vetkool:
vɛtkoal (L426p Buchten
[(Maurits)]
[Maurits]),
vlamkool:
vlamkǭl (L426p Buchten
[(Maurits)]
[Domaniale, Wilhelmina])
|
Steenkool met meer dan veertien procent vluchtige bestanddelen. Volgens de invuller uit Q 33 is de term "industriekool" van toepassing op de volgende steenkoolsoorten: vette kool, gaskool en gasvlamkool. [N 95, 456; N 95, 457; N 95, 458; N 95, 459; monogr.]
II-5
|
27236 |
ingenieur |
ingenieur:
ensegnø̄r (L426p Buchten
[(Maurits)]
[Willem-Sophia])
|
De algemene benaming voor ingenieur. De bevoegdheden en verantwoordelijkheden lopen nogal uiteen. [N 95, 139; N 95, add.; monogr.]
II-5
|
28135 |
ingestorte pijler |
ingevallen berg:
engǝvalǝ bɛrx (L426p Buchten
[(Maurits)]
[Winterslag, Waterschei])
|
Een door steenval ingestorte pijler. [N 95, 545]
II-5
|
17701 |
ingewanden |
ingewanden:
ingewande (L426p Buchten),
ingewanje (L426p Buchten)
|
ingewanden [N 10a (1961)], [SGV (1914)]
III-1-1
|
25433 |
ingewanden van geslacht vee |
darmen:
dɛrm (L426p Buchten),
ingewanden:
engǝwajnǝ (L426p Buchten)
|
Ingewanden van geslacht vee. Ook de algemene benamingen voor "ingewanden van vee" zijn hier opgenomen. [N 28, 58; N 28, 88; L 1a-m; L 1u, 106; Veldeke 26, 23; monogr.]
II-1
|
25434 |
ingewanden verwijderen |
darmen uithalen:
[darmen] ǫwthǭlǝ (L426p Buchten)
|
Als het dier opgehangen is, snijdt de slachter de buik open, waarna hij de ingewanden (maag, darmen e.d.) verwijdert. Om het dier lichter te maken en het dus gemakkelijker te kunnen ophijsen, gebeurde dit bij een rund vroeger - voordat het gebruik van katrollen e.d. meer algemeen werd - terwijl het dier nog op de burrie lag. Een bij het woordtype genoemd object wordt niet fonetisch gedocumenteerd. Zie voor deze varianten van ''darmen'', ''pens'' e.d. het lemma ''ingewanden van geslacht vee''. [N 28, 59; monogr.]
II-1
|
33017 |
ingezaaid land |
ingezaaid:
engǝzeǝt (L426p Buchten)
|
Wat men zegt van een akker wanneer alle bewerkingen tot en met het inzaaien verricht zijn. Zie ook het lemma ''pletplank, treedplankje'' in aflevering I.2, blz. 168. Het lemma bevat bijvoeglijke naamwoorden (attributief of predicatief gebruikt: ''ingezaaid land'' en ''het land is ingezaaid''), en, achterin, enkele zelfstandige naamwoorden en zegswijzen. [N 11A, 133b; N M, 25; monogr.]
I-4
|
33181 |
ingooien (in een kuiltje) |
in kuiltjes leggen:
en kylkǝs lęgǝ (L426p Buchten)
|
[N 12, 11; JG 1a, 1b; monogr.; add. uit N 12, 14 en 15]
I-5
|