28044 |
persluchtleiding |
persluchtleiding:
pɛrslø̜xlęjdeŋ (L426p Buchten
[(Maurits)]
[Maurits])
|
Metalen buisleiding die de perslucht ter plaatse brengt. Aan de persluchtleiding worden met behulp van gummislangen de luchthamers, boorhamers enz. aangesloten. [N 95, 824; monogr.; Vwo 294; Vwo 629; Vwo 630; Vwo 632]
II-5
|
28239 |
personentrein |
personentrein:
personentrein (L426p Buchten
[(Maurits)]
[Maurits]),
togje:
søxskǝ (L426p Buchten
[(Maurits)]
[Maurits])
|
Trein bestemd voor het vervoer van personen. [N 95, 714; N 95, 611]
II-5
|
28238 |
personenvervoer |
personenvervoer:
personenvervoer (L426p Buchten
[(Maurits)]
[Maurits])
|
Algemene benaming voor het transport van personen. [N 95, 713; N 95, 611; monogr.]
II-5
|
22132 |
persoon die zorgt voor verdwaalde duiven |
achterblijver:
acherbliever (L426p Buchten)
|
Hoe heet de persoon die zorgt voor verdwaalde duiven? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
33566 |
perzik |
pche (fr.):
pees (L426p Buchten)
|
perzik [SGV (1914)]
I-7
|
18281 |
pet: algemeen |
pats:
patsj (L426p Buchten, ...
L426p Buchten)
|
Hoe noemt men de pet, die bij het werk gedragen wordt? Welken vorm heeft deze? Indien geen pet, maar een muts door de mannen wordt gedragen, hoe noemt men deze dan? Welken vorm heeft ze? [DC 09 (1940)] || pet [SGV (1914)]
III-1-3
|
30578 |
petje |
schilderspatsje:
šeldǝrspɛtɛ̄kǝ (L426p Buchten)
|
[N 67, 100d]
II-9
|
28212 |
petlamp |
koplamp:
koplamp (L426p Buchten
[(Maurits)]
[Winterslag, Waterschei])
|
Elektrische lamp die door de mijnwerker op de mijnpet of -helm wordt gedragen. De opgave "kophout" uit Q 15 was volgens de invuller op de mijn Maurits een denigrerende naam voor de petlamp. [N 95, 256; monogr.; Vwo 450]
II-5
|
24927 |
petroleum |
ptrole (fr.):
petrol (L426p Buchten)
|
petroleum, minerale licht ontvlambare stof die vooral tot verlichting in lampen en als brandstof wordt gebruikt [petrol, peter-, stink-, bron-, brom-, gasolie] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
19547 |
petroleumlamp |
pètroles-lamp:
petrolslamp (L426p Buchten, ...
L426p Buchten)
|
lamp/ luchter; inventarisatie soorten en gebruiksmogelijkheden; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)]
III-2-1
|