21356 |
rechtbank |
gerecht:
gerich (L426p Buchten),
rechtbank:
rechtbank (L426p Buchten)
|
rechtbank [SGV (1914)]
III-3-1
|
17674 |
rechte, vormeloze benen |
stelten:
sjteltje (L426p Buchten)
|
benen: rechte, vormloze benen [mok-, motbeene] [N 10 (1961)]
III-1-1
|
17616 |
rechtstaande oren |
ezelsoren:
ezelsòòre (L426p Buchten)
|
oor: rechtstaande oren [fikoorkes] [N 10 (1961)]
III-1-1
|
30692 |
reformladder |
reformleider:
rǝfǫrǝmlɛjǝr (L426p Buchten)
|
Ladder uit twee delen die gebruikt kan worden als schuifladder en als dubbele ladder. [N 67, 63c]
II-9
|
25171 |
regen (alg.) |
regen:
Nb. in de g hoort men ook een n.
rége (L426p Buchten)
|
regen in het algemeen [rengel, majem] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
25181 |
regenboog |
regenboog:
Nb. in de g van rege hoort men een n doorklinken.
de regebòòg (L426p Buchten)
|
regenboog [weerteken] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
25238 |
regenbuitje |
licht buitje:
een lich buke (L426p Buchten)
|
licht regenbuitje [smeer, bui, stoes, getsbui, bies, zauwke] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
25183 |
regenen (alg.) |
sausen:
vb. t is m aant sause.
sause (L426p Buchten)
|
regenen [sausen, majemen] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
18554 |
regenjas |
regenjas:
réeengejas (L426p Buchten),
regenmantel:
rééngemantjel (L426p Buchten)
|
damesregenmantel [N 23 (1964)] || regenjas [rusjer, ploensent] [N 23 (1964)]
III-1-3
|